KBC, het jaar goed gestart: nettowinst stijgt met 13% tot 821 miljoen

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

Beleggingsadvies 12/05/2011 07:10
KBC sloot de eerste drie maanden van 2011 af met een nettowinst van 821 miljoen euro, vergeleken met een nettowinst van 724 miljoen euro in het vorige kwartaal en 442 miljoen euro in het overeenkomstige kwartaal van 2010. Het 'onderliggende' nettoresultaat voor het kwartaal (exclusief eenmalige elementen en uitzonderlijke posten) bedroeg 658 miljoen euro, vergeleken met 168 miljoen euro in het vierde kwartaal van 2010 en 543 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2010.

Jan Vanhevel, Groeps-CEO: '2011 startte sterk, met een hoog winstniveau in het eerste kwartaal. Dat was te danken aan de goede opbrengsten die werden gegenereerd door al onze divisies, een goede kostenbeheersing en beduidend lagere waardeverminderingen. Onze bank- en verzekeringsactiviteiten in onze thuismarkten België en de kernlanden in Centraal- en Oost-Europa leverden goede resultaten op en het resultaat van de divisie Merchantbanking veerde op dankzij de sterke marktactiviteiten.

Het resultaat van 821 miljoen euro voor het eerste kwartaal werd gekenmerkt door gezonde nettorente-inkomsten, stevige nettowinsten uit financiële instrumenten tegen reële waarde en iets lagere nettoprovisie-inkomsten. De kosten bleven goed onder controle en de kredietverliezen waren beduidend lager dan in het vorige kwartaal. De meest vermeldenswaardige uitzonderlijke elementen in de resultaten voor het eerste kwartaal van 2011 waren de positieve marktwaardering van onze ALM-afdekkingsinstrumenten en de positieve waardecorrecties op onze CDO-portefeuille. Over het algemeen werd in het eerste kwartaal de degelijke prestatie die we al enkele kwartalen aanhouden, voortgezet. '

Financiële hoofdlijnen van het eerste kwartaal van 2011(onderliggend)

Jan Vanhevel, groeps-CEO, vat het onderliggende resultaat voor het eerste kwartaal van 2011 als volgt samen:

De opbrengsten profiteerden van de goede nettorente-inkomsten, de lagere verzekeringsclaims en de sterke dealingroomresultaten

· De onderliggende nettorente-inkomsten bedroegen 1 374 miljoen euro. Dat is 2% hoger dan een jaar geleden (zelfs 3% als Secura, dat in het vierde kwartaal van 2010 werd verkocht, niet wordt meegerekend) maar 6% lager dan het hoge niveau van het vierde kwartaal van 2010. In vergelijking met het vierde kwartaal van 2010 is de nettorentemarge gedaald, maar dat is gedeeltelijk toe te schrijven aan de positieve uitzonderlijke posten in het vierde kwartaal van 2010. Laten we die buiten beschouwing, dan zien we in België en Centraal- en Oost-Europa stabiele rentemarges en stabiele krediet- en depositovolumes. In vergelijking met het eerste kwartaal van 2010 zijn de cliëntendeposito's in alle divisies toegenomen, behalve (zoals gepland) bij Groepscenter, terwijl de kredietportefeuille in België groeide, in Centraal- en Oost-Europa ongeveer gelijk bleef en kromp bij Merchantbanking ten gevolge van de voorgenomen afbouw van de internationale kredietportefeuille. De hypotheekleningen namen beduidend toe met 6% ten opzichte van een jaar geleden. De groei was aanzienlijk, zowel in België als in Centraal- en Oost-Europa.

· Na aftrek van de technische lasten en het nettoresultaat uit afgestane herverzekering bedroeg het technisch verzekeringsresultaat 108 miljoen euro, een stijging van 51% ten opzichte van vorig jaar en van 5% ten opzichte van het vorige kwartaal. De gecombineerde ratio verbeterde aanzienlijk, van 100% voor het volledige boekjaar 2010 naar een uitstekende 85% in het eerste kwartaal van 2011.

· Het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde bedroeg 259 miljoen euro. Dat was een sterk resultaat, weliswaar lager dan dat van het eerste kwartaal van 2010 maar meer dan het dubbel van het resultaat van het vorige kwartaal, dankzij een beduidend beter dealingroomresultaat in dit kwartaal.

· De nettoprovisie-inkomsten bedroegen 399 miljoen euro. Dat is een daling van 4% kwartaal-op-kwartaal en een daling van 7% jaar-op-jaar. Deze inkomstenpost zit nog niet op het niveau van een jaar geleden; de kwartaalresultaten werden vooral bepaald door de verkoop van gemengde fondsen en levensverzekeringscontracten.

· De overige inkomstencomponenten bedroegen samen 134 miljoen euro, beduidend meer dan de -50 miljoen van het vorige kwartaal, dat geïmpacteerd was door een eenmalige voorziening voor onregelmatigheden bij KBC Lease UK.

De exploitatiekosten blijven onder controle ondanks de Hongaarse bankenheffing. De waardeverminderingen zijn beduidend lager, voornamelijk wegens Ierland

De exploitatiekosten bedroegen 1 227 miljoen euro voor het eerste kwartaal van 2011, 6% meer dan het cijfer van een jaar geleden, maar 6% minder kwartaal-op-kwartaal. Als de boeking van de Hongaarse bankenheffing voor het hele jaar in het eerste kwartaal van 2011 niet wordt meegerekend, zijn de kosten ten opzichte van het vorige kwartaal met 11% gedaald en ten opzichte van een jaar geleden ongeveer gelijk gebleven. De kostenbesparende maatregelen die we in de nasleep van de financiële crisis hebben genomen, hebben maximaal vruchten afgeworpen. Alles bij elkaar blijven de kosten onder controle.
De waardeverminderingen op kredieten bedroegen in het eerste kwartaal 97 miljoen euro, een daling van ongeveer 70% jaar-op-jaar en 80% kwartaal-op-kwartaal. Daardoor wordt een uitzonderlijk goede kredietkostenratio op jaarbasis van 0,24% gehaald, op te splitsen in een uitstekende 0,08% voor de Belgische retailportefeuille (gedaald van 0,15% voor het boekjaar 2010), 0,51% voor Centraal- en Oost-Europa (gedaald van 1,22% voor het boekjaar 2010, onder meer dankzij een uitzonderlijke terugneming van waardeverminderingen door de verkoop van een deel van de consumerfinanceportefeuille in Polen) en 0,43% voor Merchantbanking (gedaald van 1,38% voor het boekjaar 2010, dat werd beïnvloed door uitzonderlijke waardeverminderingen voor Ierland).

Kapitaaloverschot van 4,8 miljard euro

Aan het einde van het eerste kwartaal van 2011 heeft de KBC-groep in het reglementair kapitaal een overschot van ongeveer 4,8 miljard euro opgebouwd boven de Tier 1-doelstelling van 10% (inclusief de impact van de desinvesteringen waarvoor tot op heden een verkoopovereenkomst is ondertekend).

Hoofdlijnen van het onderliggende resultaat per divisie

· De winstbijdrage van divisie België bedroeg 280 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2011. Dat is 25 miljoen euro meer dan in het vierde kwartaal van 2010, onder meer dankzij de lagere exploitatiekosten, de lagere waardeverminderingen en een beter technisch resultaat voor schadeverzekeringen.

· De winstbijdrage van divisie Centraal- en Oost-Europa bedroeg 101 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2011, in vergelijking met 131 miljoen euro in het vierde kwartaal van 2010. Het eerste kwartaal werd echter negatief beïnvloed door de boeking van de Hongaarse bankenheffing voor het volledige jaar, die zwaarder doorweegt dan de verlaging van de exploitatiekosten voor de regio. Ook de lagere waardeverminderingen (gedeeltelijk door de eenmalige vrijgave na de verkoop van een deel van de consumerfinanceportefeuille in Polen) en de algemeen stabiele totale opbrengsten droegen bij tot een goed nettoresultaat.

· De winstbijdrage van de divisie Merchantbanking bedroeg een stevige 177 miljoen euro voor het eerste kwartaal van 2011. Het vorige kwartaal was dat nog -228 miljoen euro doordat er 125 miljoen euro (na belastingen) moest worden opzijgezet voor onregelmatigheden bij KBC Lease UK en er een bijkomende bijzondere waardevermindering van 0,3 miljard euro nodig was voor Ierland. Het resultaat voor het eerste kwartaal wordt ook ondersteund door een sterk dealingroomresultaat.

· Er dient op gewezen te worden dat alle geplande desinvesteringen van de KBC-groep zijn opgenomen in het Groepscenter en niet in de respectieve divisies. Zo kunnen we een duidelijk overzicht verschaffen van de financiële resultaten van de behouden activiteiten enerzijds en van de geplande desinvesteringen anderzijds. In het eerste kwartaal van 2011 bedroeg het nettoresultaat van het Groepscenter 99 miljoen euro, terwijl dat in het vorige kwartaal 11 miljoen euro was (een aanzienlijke verbetering van de resultaatbijdrage van KBL epb, Absolut Bank, NLB enz.).

Positieve waardeaanpassingen domineren eenmalige/uitzonderlijke elementen

Het kwartaal werd ook gekenmerkt door een aantal eenmalige of uitzonderlijke elementen die niet behoren tot de gewone bedrijfsuitoefening en daarom niet zijn opgenomen in de onderliggende resultaten. Gezamenlijk hadden ze in het eerste kwartaal van 2011 een positieve invloed van 0,2 miljard euro.
Naast enkele kleinere posten was het belangrijkste niet-operationele element in het eerste kwartaal van 2011 de stijging van de waarde van de CDO's in portefeuille met 0,1 miljard euro, hoofdzakelijk als gevolg van een vernauwing van de spreads op bedrijfsobligaties tussen eind december 2010 en maart 2011. Daarnaast steeg ook de mark-to-marketwaardering van de tradingderivaten die als afdekkingsinstrument worden gebruikt met 0,1 miljard euro ten gevolge van een vernauwing van de spreads op overheidsobligaties in het eurogebied.


Eerste drie maanden van 2011: resultaten per rubriek (IFRS)

Toelichting per rubriek van de resultatenrekening volgens IFRS voor het eerste kwartaal van 2011 (zie samenvattende tabel op de volgende pagina):

Het erg sterke IFRS-nettoresultaat voor het eerste kwartaal van 2011 bedroeg 821 miljoen euro, tegenover 442 miljoen euro een jaar geleden en 724 miljoen euro in het vorige kwartaal.
De nettorente-inkomsten bedroegen 1 395 miljoen euro. Dat is een daling van 8% jaar-op-jaar en van 13% kwartaal-op-kwartaal. Op vergelijkbare basis zijn de kredietvolumes in Merchantbanking jaar-op-jaar met meer dan 8% gedaald, in overeenstemming met ons voornemen om onze internationale kredietportefeuille af te bouwen. De kredietportefeuille in België groeide met 4% jaar-op-jaar (een afspiegeling van het economische herstel) en de hypothecaire leningen groeiden zelfs met 8%. De kredietvolumes in Centraal- en Oost-Europa bleven min of meer gelijk (de daling in Hongarije werd onder andere gecompenseerd door de stijgingen in Tsjechië en Slowakije), maar de hypothecaire leningen namen met 5% toe. De cliëntendeposito's stegen in België met 6% en in Centraal- en Oost-Europa met 3%. De nettorentemarge steeg van 1,82% eind maart 2010 naar 1,93% op het eind van het eerste kwartaal van dit jaar.
De verdiende verzekeringspremies, vóór herverzekering, bedroegen 1 141 miljoen euro, ongeveer evenveel als het vorige kwartaal, maar 9% minder dan in het eerste kwartaal van 2010. Na aftrek van de technische lasten en het nettoresultaat uit afgestane herverzekering bedroeg het technisch verzekeringsresultaat 112 miljoen euro. Het eerste kwartaal van 2011 werd gekenmerkt door relatief lage claims. De gecombineerde ratio voor de verzekeringsmaatschappijen van de groep bedroeg voor het eerste kwartaal van 2011 een uitstekende 85% in vergelijking met de 100% voor het volledige boekjaar 2010.
De nettoprovisie-inkomsten bedroegen 300 miljoen euro. Dat is een daling van 2% kwartaal-op-kwartaal en van 7% jaar-op-jaar. De verkoop van producten met provisie-inkomsten viel in het eerste kwartaal van 2011 wat tegen. Het vermogen onder beheer bedroeg op het eind van het eerste kwartaal 205 miljard euro, een lichte vermindering kwartaal-op-kwartaal en jaar-op-jaar. Dat is zowel toe te schrijven aan het negatieve prijseffect als aan de beperkte netto-uitstroom.
Het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde (trading- en reëlewaarderesultaat) bedroeg 472 miljoen euro, tegenover -11 miljoen euro een jaar geleden en 429 miljoen in het vorige kwartaal. Op onderliggende basis (d.w.z. zonder de uitzonderlijke posten, zoals waardecorrecties op gestructureerde kredieten, verliezen gerelateerd aan de stopzetting van activiteiten van KBC Financial Products, en nadat we alle tradinggerelateerde opbrengstenposten onder deze post van de winst-en-verliesrekening hebben ondergebracht) bedroeg het trading- en reëlewaarderesultaat 259 miljoen euro.
De overige inkomstencomponenten waren als volgt: de dividendinkomsten uit aandelenbeleggingen bedroegen 12 miljoen euro, het netto gerealiseerde resultaat uit voor verkoop beschikbare financiële activa (obligaties en aandelen) bedroeg 34 miljoen euro en de overige netto-inkomsten bedroegen 92 miljoen euro. In totaal was dit vergelijkbaar met de cijfers van vorig jaar.
In het eerste kwartaal van 2011 bedroegen de exploitatiekosten 1 143 miljoen euro, 7% meer dan in het eerste kwartaal van 2010, maar 4% minder dan in het vorige kwartaal. De vergelijkende kostencijfers worden vertekend door de boeking van de Hongaarse bankbelasting voor het hele jaar 2011 (62 miljoen euro) in het eerste kwartaal van 2011. De onderliggende kosten-inkomstenratio van de bankactiviteiten, een maatstaf voor kostenefficiëntie, bedroeg 55%, in lijn met de 56% voor het volledige jaar 2010.
De waardeverminderingen bedroegen 105 miljoen euro. Dat betekent een substantiële daling jaar-op-jaar en kwartaal-op-kwartaal (respectievelijk ca. 70% en 80%). Zoals in de referentiekwartalen hadden de waardeverminderingen nagenoeg volledig betrekking op leningen en vorderingen. Bijgevolg bedroeg de kredietkostenratio op jaarbasis voor het eerste kwartaal van 2011 een uitzonderlijk lage 0,24%, veel lager dan de 0,91% voor het boekjaar 2010. De overige waardeverminderingen bedroegen dit kwartaal in totaal 8 miljoen euro en hadden voornamelijk betrekking op voor verkoop beschikbare financiële activa.
De winstbelasting bedroeg voor het eerste kwartaal van 2011 334 miljoen euro.
Op het einde van het eerste kwartaal van 2011 bedroeg het totaal eigen vermogen 18,5 miljard euro. Er was een kleine daling van 0,1 miljard euro ten opzichte van het begin van het jaar. Die is voornamelijk toe te schrijven aan het positieve kwartaalresultaat (0,8 miljard euro), de uitkering van dividenden en de couponbetalingen aan de overheid (samen -0,9 miljard euro) en de verandering van de herwaarderingsreserve voor voor verkoop beschikbare financiële activa en de kasstroomafdekkingen (samen -0,1 miljard euro). De Tier 1-kapitaalratio van de groep - een maatstaf voor financiële draagkracht - bedroeg eind maart 2011 een stevige 13,3%. Inclusief de impact van de tot op heden aangekondigde verkoopovereenkomsten (Centea), bedraagt de pro forma Tier 1-ratio ongeveer 13,7%.


Overige informatie

Strategische hoofdlijnen en belangrijkste gebeurtenissen

KBC zette een sterk resultaat neer in het eerste kwartaal van 2011. Dat geeft vertrouwen dat de onderliggende bedrijfsstrategie werkt en weerspiegelt het geleidelijke economische herstel van de markten waar KBC actief is.
In het eerste kwartaal van 2011 hebben we de uitvoering van ons strategisch herfocusseringsplan voortgezet. Begin maart werd aangekondigd dat Landbouwkrediet Centea, een van de sterkste spaarbanken in België, overneemt. Met die overeenkomst zal KBC ongeveer 0,4 miljard euro kapitaal vrijmaken, voornamelijk door de verlaging van de risicogewogen activa met 4,2 miljard euro. Dat zal de Tier 1-ratio van KBC met circa 0,4% verhogen (invloed berekend op 31 december 2010). De overeenkomst moet nog worden goedgekeurd door de toezichthouder en zal waarschijnlijk in de komende maanden worden afgerond. Daarnaast bereikte Value Partners Ltd., een in Hongkong gevestigde en beursgenoteerde vermogensbeheerder, in april 2011 een akkoord met KBC Asset Management (KBC AM) over de overname van het belang van 55,46% dat KBC AM heeft in KBC Concord Asset Management Co. Ltd.
Op 21 mei 2010 kondigde de KBC-groep aan dat hij een overeenkomst had bereikt met de Hinduja-groep over de verkoop van zijn privatebankingdochter KBL epb. Zoals gebruikelijk is, legde de Hinduja-groep de overeenkomst ter goedkeuring voor aan de Luxemburgse toezichthouder (de CSSF) en de toezichthouders in de negen andere Europese landen waar KBL epb actief is. Op 14 maart 2011 bevestigde de CSSF dat hij de evaluatie van de overname stopzette. De CSSF is tot het besluit gekomen dat zijn beslissing zou geweest zijn dat hij zich verzet tegen de overname. Concreet betekent dat dat de verkoop van KBL epb aan de Hinduja-groep niet doorgaat. We hebben het verkoopproces van KBL epb opnieuw opgestart.
De voorbereidingen om een minderheidsbelang in onze Tsjechische bankdochter op de beurs te brengen, zitten op schema en we zijn stand-by om de beursgang te lanceren zodra de omstandigheden gunstig zijn voor een succesvolle transactie.
Zoals vroeger al werd verklaard is KBC van plan de kernkapitaaleffecten die het heeft uitgegeven aan de overheid terug te betalen grotendeels door interne winstgeneratie en het vrijmaken van kapitaal dat momenteel vastzit in niet-kernactiva die in aanmerking komen voor desinvestering of afbouw. KBC neemt zich ook voor een reglementaire Tier 1-kapitaalratio van 10% aan te houden, waarvan 8% kernkapitaal, zoals berekend volgens de Basel II-solvabiliteitsregels.
De financiële kalender, met de publicatiedata van de resultaten en de data van analisten- en beleggersvergaderingen, is beschikbaar op www.kbc.com.







Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL