CSM herpositioneert onderneming voor winstgevende groei

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

Beleggingsadvies 21/02/2012 07:09
CSM realiseerde in 2011 een stijging van de netto-omzet met 4,1% tot € 3.112,6 miljoen, voornamelijk als gevolg van prijsverhogingen ter compensatie van de gestegen inputkosten. Ook in het vierde kwartaal was er sprake van een moeilijke handelsomgeving, net als in de rest van 2011. De stevige prijsverhogingen konden de gestegen grondstofkosten nog niet volledig compenseren, waardoor onze marges onder druk stonden. De EBITA exclusief eenmalige kosten kwam uit op € 150,8 miljoen in 2011. CSM zal vandaag de
conclusies van haar business review presenteren: deze zijn gericht op het herpositioneren van CSM voor winstgevende groei door verlaging van de kostenbasis, vereenvoudiging van de organisatie en herschikking van de portfolio van Bakery Supplies, en het verminderen van de financiële afhankelijkheid van Purac van Bakery Supplies.
Hoofdpunten
• De omzet nam in 2011 toe met € 122,5 miljoen (4,1%) vergeleken met 2010. Valuta-effecten, voornamelijk als gevolg van de US dollar, waren € 81,5 miljoen negatief. Acquisities leverden een bijdrage van € 94,0 miljoen (3,1%). De autonome omzetgroei bedroeg 3,7% in 2011, enerzijds door een prijs/mix-effect van 8,7% en anderzijds door een negatief volume-effect van 5,0%. In het vierde kwartaal nam de omzet met 1,5% toe en was sprake van een autonome groei van 0,9% waaraan alle divisies bijdroegen.
• De EBITA exclusief eenmalige kosten daalde in 2011 met 30% tot € 150,8 miljoen (2010: € 215,2 miljoen). De EBITA inclusief eenmalige kosten kwam uit op € 130,2 miljoen. Het acquisitie-effect was per saldo € 9,7 miljoen
(5,0%) en valuta-effecten waren € 4,4 miljoen negatief. De EBITA exclusief eenmalige kosten in het vierde kwartaal daalde met € 15,7 miljoen.
• Een last van € 249 miljoen (netto € 222,4 miljoen na belastingen) in verband met een bijzondere waardevermindering van goodwill bij Bakery Supplies Europe resulteerde in een nettoverlies van € 174,3 miljoen.
• Resultaat na belasting exclusief eenmalige kosten en de bijzondere waardevermindering van goodwill bedroeg € 62,8 miljoen.
• Het werkkapitaal nam met € 3,7 miljoen toe tot € 254,9 miljoen.
• De kasstroom uit operationele activiteiten bedroeg € 148,0 miljoen (2010: €188,6 miljoen).
• De nettoschuld nam af tot € 615,6 miljoen per ultimo 2011, een daling van € 15,4 miljoen vergeleken met 2010.
• De nettoschuld/EBITDA-ratio kwam uit op 2,8 per ultimo 2011.
• Dividendvoorstel: € 0,70 per gewoon aandeel, uit te keren in contanten of in aandelen.

Kerncijfers
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
802,5 790,6 Netto-omzet 3.112,6 2.990,1
40,3 56,0 EBITA exclusief eenmalige kosten* 150,8 215,2
27,4 48,6 EBITA 130,2 193,8
Resultaat na belasting -174,3 99,3
WPA (in €) -2,64 1,41
5,0% 7,1% EBITA-marge (exclusief eenmalige kosten)** 4,8% 7,2%
ROCE (exclusief eenmalige kosten) 6,8% 10,1%
*) De eenmalige kosten betreffen acquisitie-, integratie- en herstructureringskosten
**) EBITA als % van de netto-omzet

Gerard Hoetmer, CEO van CSM, gaf de volgende toelichting op de resultaten van 2011:
2011 was een bijzonder uitdagend jaar voor ons. We zagen ons geconfronteerd met substantiële inflatie van de grondstofkosten in een moeilijke consumentenomgeving, wat onze volumes beïnvloedde in een hevig concurrerende markt. Hierdoor stonden onze resultaten in 2011 onder zware druk, wat heeft geleid tot een teleurstellend EBITA-niveau.
In de loop van het jaar hebben we de structurele verschuiving van het Europese ambachtelijke-bakkerijkanaal naar de kanalen in-store bakkerijen en out-of-home zien versnellen. Als gevolg van deze ontwikkeling moesten we erkennen dat de kasstroomgenererende capaciteit van onze Europese Bakery Supplies-activiteiten, op basis van de portfolio en positionering in 2011, niet langer de boekwaarde van de activa van Bakery Supplies Europe rechtvaardigde. Dit heeft helaas geleid tot een (non-cash) last van € 249 miljoen uit hoofde van een bijzondere waardevermindering. De versterking van de strategische positie van onze Europese Bakery Supplies-activiteiten, zoals nader besproken tijdens de business review, komt daarin niet tot uiting.
We zijn vastbesloten om de uitdagingen waarmee we ons zien geconfronteerd om te zetten in kansen door ons concurrentievermogen te versterken, onze kostenbasis te verlagen, onze slagkracht te verbeteren en duidelijke keuzes te maken inzake de allocatie van onze resources. Daarom samenhangend hebben we een herstructureringsprogramma gestart en een business review uitgevoerd, die naar onze mening zullen resulteren in een meer gefocust bedrijf in de toekomst.
Onze business review heeft een aantal duidelijke conclusies en acties opgeleverd voor elk van onze divisies, met
vier centrale uitgangspunten:
- Herbeoordeling van de kostenbasis;
- Vereenvoudiging van de Bakery Supplies-organisatie;
- Herschikking van de portfolio van Bakery Supplies (voornamelijk in Europa);
- Agressieve bevordering van de groei van Purac en tegelijkertijd de financiële afhankelijkheid van deze divisie van Bakery Supplies verminderen.
Ons herstructureringsprogramma, dat we in oktober 2011 hebben aangekondigd en gestart, wordt momenteel voortvarend uitgevoerd. Dit heeft tot nog toe geleid tot een FTE-reductie van 400 en ligt op schema voor de voorgenomen totale reductie van 500 FTE overeenkomstig het integrale kostenreductieplan.
We hebben geconcludeerd dat circa 30% van de activiteiten van Bakery Supplies Europe niet voldoet aan onze criteria. Dit betekent dat deze activiteiten hun resultaten moeten verbeteren of dat anders strategische acties zullen worden genomen. Tot dusverre, als deel van voornoemde 30%, hebben we ten minste € 100 miljoen aan omzet aangemerkt voor desinvestering, wat we voornemens zijn uit te voeren in 2012.

Bij Bakery Supplies North America zijn we strategisch goed gepositioneerd. W hebben onze portfolio in 2010 in belangrijke mate versterkt met de acuisitie van Best Brands in 2010. Operationele verbeteringen zijn essentieel voor verbetering van de winstgevendheid, en hiervoor hebben we de juiste maatregelen getroffen.
Purac ontwikkelt zich in lijn met haar strategische koers, en moet nu sneller groeien en haar fermentatiecapaciteit verder uitnutten om zelfvoorzienend te worden in termen van groei en investeringen. Om dit te bespoedigen, zullen we niet alleen de basis verbreden en onze slagvaardigheid vergroten, maar ook actief op zoek gaan naar allianties en partnerships.
Met het oog op het benutten van de kansen die voortvloeien uit onze business review, en gelet op de resultaten die in 2011 zijn behaald, stellen wij een dividend van € 0,70 per gewoon aandeel voor.
Het is duidelijk dat de marktomstandigheden in 2012 zeer uitdagend blijven. Gezien onze acties heb ik er vertrouwen in dat CSM beter gepositioneerd is om deze uitdagingen het hoofd te bieden en zo onze winstgevendheid op lange termijn te verbeteren."

Business review
In onze business review hebben we onze bedrijven op diverse criteria beoordeeld, waaronder marktpositie en potentieel in termen van marktleiderschap, het vermogen waarde toe te voegen, winstbijdrage in combinatie met benodigd kapitaal en groeipotentieel.
De business review heeft geleid tot een aantal duidelijke conclusies en actiepunten, die we met de hoogste prioriteit zullen uitvoeren;

Herbeoordeling kostenbasis
Ons in oktober 2011 aangekondigde kostenreductieplan is in volle gang en zal verder worden uitgevoerd in 2012, om ten minste € 30 miljoen in 2012 te besparen, oplopend tot € 50 miljoen in 2013 als het volledige programma is uitgevoerd. Sinds de aankondiging van het plan hebben we een aantal maatregelen genomen, waaronder een herstructurering van Bakery Products NA, inclusief het terugbrengen van het aantal lagen in de organisatie, hetgeen resulteerde in een FTE-reductie van 330, reorganisaties bij een aantal Europese Bakery Suppliesorganisaties en verdere efficiencymaatregelen bij Purac en op het hoofdkantoor. Dit heeft geleid tot een totale FTE-reductie van circa 400 in lijn met de voorgenomen FTE-reductie van 500 van het integrale kostenreductieplan.

Vereenvoudiging Bakery Supplies-organisatie
Bakery Supplies Europe opereert in veel landen met elk een andere marktdynamiek en biedt via een enigzins gecompliceerd bedrijfsmodel een breed scala van producten aan. Verbetering van onze resultaten vereist een slanker en slagvaardiger bedrijfsmodel, waarvoor we inmiddels de juiste maatregelen hebben genomen, waaronder; de implementatie van een centrale categorieorganisatie, vereenvoudiging van de Oost-Europese organisatie en overheveling van resources naar groeisegmenten.
In Noord-Amerika ligt de nadruk op Bakery Products NA, waar we doorgaan met het stroomlijnen van de organisatie na het samengaan van Brill en Best Brands.

Herschikking portfolio Bakery Supplies
Binnen onze Bakery Supplies-bedrijven hebben we de terreinen geïdentificeerd waarop zowel Bakery Supplies Europe als Bakery Supplies North America zich zullen richten om winstgevende groei te bevorderen. Daartoe behoren focus op het diepvriessegment, betere benutting van key account management, versterking van onze toegevoegde waarde propositie en het inspelen op de onderliggende consumententrends die zijn verankerd in onze strategie.
We zullen de Europese portfolio herschikken en ons richten op de groeisegmenten. Bovendien zullen we kansen benutten om via allianties en acquisities het marktleiderschap in deze groeisegmenten te versterken of marktleider te worden. Gezien onze van oudsher sterke positie in het ambachtelijke kanaal, ondervinden onze Europese bedrijven de volle impact van de verschuiving in marktkanalen. Naast operationele maatregelen zullen we veranderingen in de portfolio doorvoeren om de winstgevendheid op lange termijn te verbeteren.
De criteria die tijdens de business review zijn toegepast, hebben ook ten grondslag gelegen aan de besluitvorming over de focus in onze portfolio. We hebben geconcludeerd dat circa 30% van onze activiteiten van Bakery Supplies Europe niet langer voldoet aan onze criteria. Dit betekent dat deze activiteiten hun resultaten moeten verbeteren of dat anders strategische acties zullen worden ondernomen. Als eerste consequentie, en als deel van voornoemde 30%, is al ten minste € 100 miljoen aan omzet aangemerkt voor desinvestering, wat we voornemens zijn uit te voeren in 2012.
De resultaten van de business review in Noord-Amerika heeft bevestigd dat we strategisch goed gepositioneerd zijn. Dankzij Best Brands hebben we onze portfolio in 2010 in belangrijke mate versterkt en hebben we nu leidende posities in al onze strategische segmenten.
Bovendien heeft de business review onze strategische focus bevestigd die gericht is op aanhoudende groei in een beperkt aantal opkomende markten.

Agressieve bevordering groei Purac; verkleining financiële afhankelijkheid van Bakery Supplies Purac heeft veel strategische mogelijkheden om te profiteren van zijn haar fermentatiecapaciteit bij zowel horizontale als verticale uitbreiding . Ons uitgangspunt is dat Purac het potentieel ten volle dient te benutten en de groei moet versnellen zodat het zelfvoorzienend wordt wat betreft financiering van groei en investeringen, en om minder afhankelijk te zijn van de kasstroom van Bakery Supplies. Daartoe moet Purac groeien tot een omvang die met autonome groei alleen niet kan worden bereikt. We zullen kijken naar allianties en partnerships zodat we onze capaciteit op het gebied van fermentatie, downstream processing en biomassatoepassingen verder kunnen benutten.

Vooruitzichten 2012
Het consumentenvertrouwen is nog steeds bijzonder fragiel in veel van onze belangrijkste markten en zou de vraag nog steeds kunnen beïnvloeden. Bovendien is het waarschijnlijk dat de grondstofprijzen aanhoudende volatiliteit te zien zullen geven. Ofschoon er sprake is van enige vermindering bij enkele soft commodities, is het nog te vroeg om te stellen dat deze trend aanhoudt.
Tegen de achtergrond van uitdagende economische omstandigheden in veel landen waar wij actief zijn, hebben we actie ondernomen om CSM te herpositioneren voor winstgevende groei in de komende jaren. Als gevolg van deze maatregelen zal onze bedrijfsportfolio in de loop van het jaar de nodige veranderingen ondergaan.
Ons in oktober 2011 gestarte herstructureringsprogramma zal in 2012 besparingen opleveren van per saldo € 30 miljoen, die oplopen tot € 50 miljoen in 2013. Dit zal echter deels worden geneutraliseerd door enige kosteninflatie en hogere productiekosten, aangezien de nieuwe lactidefabriek in Thailand de productie heeft opgestart maar in 2012 nog niet op volle capaciteit zal draaien.
We zullen de nadruk leggen op kapitaalbeheersing; het werkkapitaal zal opnieuw strikt worden beheerd, maar dat laat onverlet dat het zoals altijd een seizoenspatroon zal volgen waarbij het grootste deel van de kasstroom wordt gegenereerd in het tweede halfjaar. Investeringen in vaste activa en acquisities worden afgestemd op onze kasstroomgenerering.
Gelet op de economische onzekerheden, de verwachting dat de volumes op korte termijn niet zullen herstellen, en onze inspanningen gericht op implementatie van de nieuwe strategische en operationele herpositionering, wordt 2012 een overgangsjaar voor CSM. Aangezien de stijging van de grondstofkosten en de afname van de consumentenvraag pas in de loop van 2011 versnelden, is het duidelijk dat het eerste halfjaar van 2012 een lastige vergelijkingsbasis heeft ten opzichte van het eerste halfjaar van 2011.

Financiële toelichting
Vierde kwartaal 2011
• De omzet nam met 1,5% toe tot € 802,5 miljoen. De autonome omzetgroei, waaraan alle divisies bijdroegen, was € 7,7 miljoen (0,9%). Het omzetvolume daalde met 8,0% als gevolg van volumedalingen bij alle divisies.
• De marges werden negatief beïnvloed door gestegen grondstofkosten, die nog niet volledig zijn verwerkt inhogere verkoopprijzen of herformuleringen van onze producten. Vergeleken met het derde en tweede kwartaal van 2011 is de impact afgezwakt als gevolg van de gestegen verkoopprijzen. Onze focus blijft erop gericht de gestegen grondstofkosten te vertalen in onze prijzen naast nauwgezette beheersing van de kostenvolatiliteit middels onze inkoopstrategieën.
• De EBITA (vóór eenmalige kosten) in het vierde kwartaal bedroeg € 40,3 miljoen tegenover € 56,0 miljoen in hetzelfde kwartaal vorig jaar. Valuta’s leverden een positieve bijdrage van € 0,2 miljoen.
• Een bijzondere waardevermindering van € 249,0 miljoen op de boekwaarde van de goodwill van Bakery Supplies Europe werd als last opgenomen.

De autonome groei kan als volgt worden uitgesplitst:
Vierde kwartaal Jaar
Autonoom Volume Prijs/mix

Autonoom Volume Prijs/mix
1,1% -9,7% 10,8% BSNA 3,3% -7,1% 10,4%
0,3% -7,0% 7,3% BSEU 4,4% -2,6% 7,0%
2,3% -1,8% 4,1% Purac 3,7% -0,9% 4,6%

In het vierde kwartaal van 2011 nam de netto-omzet met € 11,9 miljoen toe tot € 802,5 miljoen.
Acquisities leverden een bijdrage van € 3,0 miljoen en het valuta-effect was € 1,2 miljoen. De autonome omzetgroei van 0,9% (€ 7,7 miljoen) was voornamelijk het gevolg van het doorgeven van de hogere grondstofprijzen aan de markt; de algehele volumeontwikkeling had een negatief effect op de autonome groei. Bakery Supplies Europe zag de volumes dalen, vooral die van onze productgroep bakkerijvetten in het industriële en ambachtelijke kanaal, aangezien de marktomstandigheden noopten tot een continue afweging tussen marges en volumes. Bij Bakery Supplies North America was het relatief grootste deel van het volumeverlies toe te schrijven aan handelsproducten die op marge worden beheerd.
Bijzondere waardevermindering goodwill Bakery Supplies Europe
De winstgevendheid van onze Europese bakkerijactiviteiten daalde aanzienlijk in 2011. De marges werden beïnvloed door hogere grondstofprijzen en de omzetvolumes daalden, vooral bij de ingrediënten voor hetambachtelijke en het industriële kanaal. Alle partijen in de bakkerijsector hadden te kampen met sterk gestegen grondstofkosten, die zich hebben vertaald in hogere prijzen in alle bakkerijkanalen – en dit resulteerde weer in hogere prijzen voor de consument. Naast de moeilijke economische omstandigheden en de afgenomen koopkracht van consumenten hebben we de structurele verschuiving van de traditionele ambachtelijke bakker naar het goedkopere en meer praktische supermarktkanaal zien versnellen in 2011.
De boekwaarde van de Europese Bakery Supplies-activiteiten stonden gewaardeerd voor een bedrag van € 695 miljoen, waarvan het grootste deel (€ 517 miljoen) goodwill betrof. Deze goodwill heeft voornamelijk betrekking op de Bakery Supplies-activiteiten die in 2000 zijn overgenomen. De voor deze activiteiten betaalde goodwill was grotendeels gebaseerd op de zeer winstgevende ingrediëntenpositie in het ambachtelijke en het industriële kanaal. De Bakery Supplies-activiteiten hebben in de afgelopen jaren substantiële kasstromen opgeleverd. Echter, door structurele veranderingen in de markt, waaronder de verschuiving van het ambachtelijke kanaal naar de kanalen in-store bakkerijen en out-of-home, is de cashgenererende capaciteit van de Europese Bakery Suppliesactiviteiten zodanig afgenomen dat een bijzondere waardevermindering van de boekwaarde noodzakelijk was.

Wij hebben verschillende scenarioanalyses uitgevoerd die resulteerden in een non-cash last van € 249,0 miljoen samenhangend met een bijzondere waardevermindering van de goodwill van Bakery Supplies Europe. In
overeenstemming met IFRS hebben wij bij het uitvoeren van deze analyses slechts rekening gehouden met dehuidige activa en activiteiten; de acties die voortvloeien uit onze business review zijn buiten beschouwing
gebleven.

Boekjaar 2011
Resultaten
Netto-omzet
De netto-omzet kwam uit op € 3.112,6 miljoen, 4,1% hoger dan in 2010 (€ 2.990,1 miljoen). Acquisities leverden een bijdrage van € 94,0 miljoen (3,1%). Wisselkoersverschillen, vooral de US dollar, hadden een negatieve impact van € 81,5 miljoen (-2,7%) op de netto-omzet. Gecorrigeerd voor het acquisitie- en valuta-effect was de autonome
groei € 110,0 miljoen (3,7%).
Uitsplitsing van de autonome groei:
Bakery Supplies North America 3,3%
Bakery Supplies Europe 4,4%
Purac 3,7%
De ontwikkeling van de autonome groei bij Bakery Supplies North America was toe te schrijven aan hogere verkoopprijzen (10,4%) ter compensatie van gestegen grondstofkosten, maar dit werd grotendeels geneutraliseerd door lagere omzetvolumes (7,1%) als gevolg van het recessieklimaat. Europa gaf een vergelijkbaar beeld te zien, met hogere verkoopprijzen die 7,0% bijdroegen aan de autonome groei, terwijl de omzetvolumes daalden met 2,6%.

Ook bij Purac werd de autonome groei aangejaagd door hogere verkoopprijzen (4,6%) ter compensatie van gestegen inputkosten, maar dit werd deels tenietgedaan door een negatief volume-effect van 0,9% als gevolg van toegenomen concurrentie en een zwakker economisch klimaat.

EBITA
De EBITA exclusief eenmalige acquisitie- en integratiekosten daalde met € 64,4 miljoen, of 29,9%, tot € 150,8 miljoen (2010: € 215,2 miljoen). De EBITA inclusief eenmalige kosten (in verband met het herstructureringsprogramma, de integratie van het overgenomen Best Brands en de bijzondere waardevermindering van enkele materiële vaste activa) bedroeg € 130,2 miljoen. Per saldo was het acquisitieeffect € 9,7 miljoen. De EBITA is negatief beïnvloed voor een bedrag van € 4,4 miljoen door de omrekening van
inkomsten in vreemde valuta’s naar de euro.

Uitsplitsing van (de mutatie in) de EBITA (exclusief eenmalige kosten):
in miljoenen euro’s 2011 2010 %
BSNA 94,9 123,4 -23,1%
BSEU 38,4 61,8 -37,9%
Purac 46,1 56,6 -18,6%
Vennootschap -28,6 -26,6 -7,5%
De resultaatontwikkeling per divisie wordt toegelicht in bijlage I, Gang van zaken divisies.
De impact van de gestegen grondstofkosten in 2011 vergeleken met 2010 was € 255 miljoen; hogere verkoopprijzen voor een bedrag van € 231 miljoen compenseerden deze extra kosten grotendeels.

Eenmalige lastem
De kosten die zijn geidentificeerd als incidenteel en geen onderdeel zijn van de normale gang van zaken:
- Kosten gerelateerd aan de integratie van Best Brands voor een bedrag van € 6,4 miljoen (2010 € 21,4 miljoen)
- Kosten genomen in relatie tot het herstructureringsprogramma voor een bedrag van € 11,1 miljoen.
- Bijzondere waardevermindering van de pilot lactide fabriek bij Purac Spain voor een bedrag van € 3.1 miljoen, als gevolg van de opstart van de nieuwe lactide fabriek in Thailand
- Bijzondere waardevermindering van goodwill BSEU voor een bedrag van € 249 miljoen.

Financiële baten en lasten
Per saldo namen de financiële lasten met € 2,1 miljoen toe tot € 29,7 miljoen. De hogere uitgaven zijn voornamelijk toe te schrijven aan lagere positieve effecten (waardering op marktwaarde) van onze derivaten en
het effect in 2011 van de onderhandse lening van US$ 300 miljoen, die in het vierde kwartaal van 2010 werd afgesloten, volgend op de acquisitie van Best Brands, en die een verschuiving inhield naar financiering met een
langere looptijd en een hogere rente. In 2010 werden de rentelasten negatief beïnvloed door eenmalige herfinancieringskosten.
Bij gelijkblijvende wisselkoersen verwachten we dat de rentelast in 2012 in lijn zal zijn met die in 2011.

Belastingen
Per saldo gaf de belasting een positief effect van € 5,0 miljoen te zien vergeleken met een uitgaaf van € 31,2 miljoen in 2010,. voornamelijk als gevolg van het per saldo positieve belastingeffect van € 26,6 miljoen in verband met de last voortvloeiend uit de bijzondere waardevermindering van de goodwill. Exclusief het effect van de bijzondere waardevermindering van goodwill zou de belasting als percentage van de winst voor belasting netto
31,0% bedragen (in 2010: 23,9%).
Voor 2012 verwachten we een belastingdruk in de bandbreedte van 25% tot 30%.

Nettoresultaat
Het resultaat na belastingen geeft een verlies te zien van € 174,3 miljoen. Dit is in belangrijke mate beïnvloed door het netto effect van € 224.4 miljoen van de last voortvloeiend uit de bijzondere waardevermindering van de
goodwill van Bakery Supplies Europe. Exclusief deze last zou het nettoresultaat zijn uitgekomen op een winst van € 48,1 miljoen, een daling van € 51,2 miljoen vergeleken met het nettoresultaat van 2010. De EBITA-daling in 2011 is deels gecompenseerd door lagere belastingen en een lagere amortisatie.

Balans
Het geïnvesteerd vermogen inclusief goodwill (op basis van historische kostprijs) nam met € 72,3 miljoen toe tot € 2.239,9 miljoen.
De belangrijkste mutaties waren:
in miljoenen euro’s
Netto-investeringen in (im-)materiële vaste activa 91,7
Afschrijving/amortisatie van (im-)materiële vaste activa -102,7
Bijzondere waardevermindering vaste activa -3,1
Acquisitie-effect 11,8
Investering financiële vaste activa 8,8
Belastingpositie 21,5
Voorzieningen 10,4
Toename werkkapitaal 3,7
Wisselkoersverschillen 29,2
Het acquisitie-effect heeft betrekking op de acquisitie van Classic Cakes Ltd. in het VK in januari 2011. De belangrijkste investeringen bij Bakery Supplies betroffen naast reguliere vervanging van vaste activa investeringen
in een efficiëntere productie van diepvriesproducten en ingrediënten en een uitbreiding van de capaciteit. De grootste investering van Purac betrof het laatste deel van de nieuwe PLA-fabriek in Thailand. Bovendien zijn er 8
belangrijke investeringen gedaan in IT ter verbetering van onze wereldwijde IT-infrastructuur en -functionaliteit en ook om de IT-systemen binnen onze Bakery Supplies-organisatie verder te standaardiseren.
Bij gelijkblijvende wisselkoersen verwachten we dat de afschrijvingen en amortisatie van vaste activa in 2012 vergelijkbaar zal zijn met die in 2011.
Het werkkapitaal nam met € 3,7 miljoen toe tot € 254,9 miljoen. Het acquisitie-effect en het valuta-effect leverden een bijdrage van respectievelijk € 0,8 miljoen en € 3,3 miljoen. Het netto-effect van het toegenomen werkkapitaal
is € 0,4 miljoen.
Het eigen vermogen vóór winstuitkering daalde met € 168,9 miljoen naar € 948,3 miljoen.
De belangrijkste mutaties waren:
• de aftrek van het negatieve resultaat na belastingen ten bedrage van € 174,3 miljoen, inclusief de last in verband met de bijzondere waardevermindering van immateriële vaste activa ten bedrage van € 249 miljoen;
• een afname van € 23,2 miljoen in verband met het dividend over boekjaar 2010;
• positieve wisselkoersverschillen ten bedrage van € 22,5 miljoen als gevolg van de omrekening van eigenvermogen in andere valuta’s dan de euro;
• positieve mutaties van € 5,3 miljoen in de hedgereserve.
Eind 2011 was de verhouding tussen balanstotaal en eigen vermogen 1:0,4 (2010: 1:0,4).

Kasstroom
De kasstroom uit operationele activiteiten nam ten opzichte van 2010 af met € 40,6 miljoen tot € 148,0 miljoen.
Dit is het saldo van voornamelijk een lager resultaat na belastingen en een negatieve impact van de mutatie in werkkapitaal en voorzieningen ten bedrage van € 1,7 miljoen, hetgeen gecompenseerd werd door € 17,5 miljoen
minder belasting en betaalde rente.
De voor investeringsactiviteiten benodigde kasstroom was € 102,9 miljoen in 2011. Naast de acquisitie vanClassic Cakes Ltd en de participatie in de Tunesische joint venture, droegen investeringen met € 95,2 miljoen het
meest bij aan dit gebruik van de kasstroom.
De kasstroom uit financieringsactiviteiten bedroeg € 49,4 miljoen negatief. Dit is inclusief de dividenduitkering van € 23,2 miljoen en aflossingen / opbrengsten van leningen ten bedrage van € 26,2 miljoen.

Financiering
Eind 2011 was de netto schuldpositie 2,8 maal EBITDA (2010: 2,1 maal) bij een rentedekking van 7,6 in 2011 (2010: 9,7). We blijven daarmee ruim binnen de grenzen van onze financieringsconvenanten.
Per ultimo 2011 bedroeg de netto schuldpositie € 615,6 miljoen, een daling van € 15,4 miljoen ten opzichte van eind 2010. Dit is het saldo van de volgende belangrijke mutaties:
• een positieve kasstroom uit operationele activiteiten, vóór werkkapitaal en voorzieningen, van € 206,2 miljoen;
• een netto investering in (im-)materiële vaste activa van € 83,1 miljoen;
• een dividenduitkering ten bedrage van € 23,2 miljoen;
• de acquisitie van Classic Cakes Ltd en de investering in de Tunesische joint venture voor in totaal € 19,8 miljoen;
• afgedragen winstbelasting ten bedrage van € 19,6 miljoen;
• betaalde rente ten bedrage van € 29,4 miljoen;
• een toename van € 9,2 miljoen als gevolg van werkkapitaal en voorzieningen.

Per 31 december 2011 beliepen de rentedragende langlopende schulden € 726,9 miljoen (31 december 2010:
€ 745,7 miljoen). De gemiddelde effectieve rente op de per 31 december 2011 uitstaande langlopende schulden was 3,5% en de gemiddelde resterende looptijd bedroeg 4,0 jaar (31 december 2010: respectievelijk 3,7% en 4,5 jaar).

Reserverings- en dividendbeleid
Het reserveringsbeleid is gericht op het scheppen en behouden van toereikende financiële armslag om de groeidoelstellingen te realiseren en tegelijkertijd gezonde balansverhoudingen te handhaven. CSM heeft de intentie de winst of het verlies van de onderneming respectievelijk toe te voegen aan of in mindering te brengen op de bedrijfsreserves na uitkering van het statutaire dividend op financieringspreferente aandelen en na aftrek van het voorgestelde dividend op gewone aandelen. Zaken als financieringsvereisten, acquisities, desinvesteringen, reorganisaties en andere strategische overwegingen kunnen leiden tot aanpassing van de reserves en het reserveringsbeleid.
De hoogte van het dividend op gewone aandelen en het soort dividend dat de onderneming aan haar aandeelhouders uitkeert, is afhankelijk van het financiële resultaat van de onderneming, het bedrijfsklimaat en andere relevante factoren. In beginsel streeft CSM naar een gelijkmatige en indien mogelijk stijgende lijn in het dividend.

Dividendvoorstel
Na vaststelling van de jaarrekening ontvangen houders van cumulatief financieringspreferente aandelen het statutaire dividend. Het voorstel tot uitkering van dividend op gewone aandelen wordt ter goedkeuring voorgelegd
aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 7 mei 2012.
Gelet op (benutting van) de kansen die voortvloeien uit onze business review, en de resultaten die in 2011 zijn behaald, stellen wij een dividend van € 0,70 per gewoon aandeel voor. Aandeelhouders kunnen kiezen tussen dividend in contanten en dividend in gewone aandelen ten laste van de reserves. Dividend in gewone aandelen is vrijgesteld van Nederlandse dividendbelasting.

1. Gang van zaken divisies
• Bakery Supplies
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
702,9 693,8 Netto-omzet 2.705,4 2.589,7
36,9 48,5 EBITA exclusief eenmalige kosten* 133,3 185,2
31,1 41,1 EBITA 120,9 163,8
5,2% 7,0% EBITA-marge (exclusief eenmalige kosten)** 4,9% 7,2%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 7,3% 10,2%
*) De eenmalige kosten betreffen acquisitie-, integratie- en herstructureringskosten
**) EBITA als % van de netto-omzet

Ontwikkelingen en resultaten 2011
De markten waarin Bakery Supplies het leeuwendeel van zijn omzet realiseert, de Amerikaanse markt en de West-
en Zuid-Europese markten, zijn zwaar getroffen door de economische malaise. Het consumentenvertrouwen werd
beïnvloed door de turbulentie op de wereldmarkten en dat had weer een negatief effect op consumentengedrag en
-bestedingen. Vanaf het tweede kwartaal werden we geconfronteerd met consumenten die minder uitgaven aan
hun boodschappen. Op hetzelfde moment waren we begonnen met het doorvoeren van significante
prijsverhogingen ter compensatie van gestegen grondstofkosten. De stijging van de grondstofprijzen, die in 2010
begon, bereikte haar piek rond medio 2011. Sindsdien hebben we de druk iets zien afnemen, maar zowel de
volatiliteit als de prijsniveaus zijn over het geheel genomen hoog gebleven. Hoewel we onze verkoopprijzen in
belangrijke mate hebben verhoogd, was dit per saldo niet voldoende om de gestegen grondstofkosten volledig te
compenseren. Zoals aangekondigd in oktober 2011, hebben we een herstructureringsprogramma gestart om onze
kostenbasis te verlagen en tegelijkertijd onze winstgevendheid te herstellen. Bovendien hebben we een business
review uitgevoerd om onze focus meer in lijn te brengen met de nieuwe realiteit en onszelf in staat te stellen om
onze financiële commitments na te komen.
Marktsituatie
Recessieklimaat in Noord-Amerika en Europa
De economische neergang in de Verenigde Staten en Europa en de aanhoudende financiële crisis hebben de
vraag verzwakt. De afname van het consumentenvertrouwen heeft zelfs tot nog lagere consumentenbestedingen
geleid. Hoewel onze producten voorzien in de dagelijkse behoeften van de consument, heeft dit recessieklimaat
de vraag onmiskenbaar beïnvloed. Als reactie op het gedrag van de consument zijn veel van onze klanten
overgestapt op goedkopere alternatieven binnen ons ingrediënten- en banketassortiment, waardoor
verschuivingen in de productmix zijn opgetreden. Bovendien hebben we de consument zien opschuiven naar
laaggeprijsde verkoopkanalen, waar we minder sterk zijn gepositioneerd. Ook bespaarden zowel onze klanten als
consumenten kosten door minder weg te gooien.
Dit alles resulteerde in een daling van de omzetvolumes.
Volatiliteit grondstofprijzen
Sinds 2007 hebben de grondstoffenmarkten continu volatiliteit gezien met onderliggend een forse opwaartse
trend. Deze ontwikkeling hangt samen met een aantal factoren: een stijgende vraag in ontwikkelingslanden door
toenemende consumentenbestedingen aan voeding, een stijgende vraag van de biobrandstoffenindustrie,
schommelingen in oogsten wereldwijd en toenemende investeringen door de financiële markten in soft
commodities. Een slagvaardige respons op veranderingen in grondstofprijzen is van kritisch belang voor ons
bedrijf; de investeringen die we in voorgaande jaren hebben gedaan in de professionalisering van ons mondiale
inkoopteam hebben de effecten van deze kostenstijgingen afgezwakt, zowel voor ons als voor onze klanten.

We namen onze verantwoordelijkheid als marktleider door substantiële prijsverhogingen door te voeren. Waar
nodig, herformuleerden we bovendien ons productaanbod om onze winstgevendheid te beschermen en onze
klanten keus te bieden. Ondanks deze belangrijke gezamenlijke inspanningen van ons inkoopteam, onze
verkoopafdelingen en onze R&D-organisatie konden we de effecten van de gestegen grondstofkosten niet volledig
compenseren in 2011.
Verdere toename belang supermarkt als primair bakkerijkanaal
Supermarkten vergroten aanhoudend hun aandeel in de totale consumentenbestedingen aan bakkerijproducten
ten koste van het ambachtelijke kanaal. Deze trend is versneld door de uitdagende economische situatie. Het
kanaal van de ambachtelijke bakkers is van oudsher een CSM-bolwerk: we hebben een significant marktaandeel
met name in de West- en Zuid-Europese landen. Hoewel we onze positie hebben versterkt in het ‘in store’-
bakkerijkanaal in supermarkten, vooral in Europa, was dit onvoldoende om de impact van dalende volumes in de
ambachtelijke markt volledig te neutraliseren.
Herstructurering
Beide Bakery Supplies-divisies nemen deel aan ons ondernemingsbrede herstructureringsprogramma dat in
oktober 2011 in het leven is geroepen als reactie op de moeilijke handelsomgeving en de gestegen
grondstofkosten. Met dit programma beogen wij de effectiviteit en efficiency van onze activiteiten te verbeteren.
Alle activiteiten en daarmee samenhangende uitgaven en investeringen worden tot in detail bekeken en
beoordeeld op de waarde die ze kunnen toevoegen. De maatregelen in het kader van dit
herstructureringsprogramma lopen uiteen van de sluiting van productielocaties en verkoopkantoren tot
bezuinigingen op discretionaire uitgaven. In totaal moet het herstructureringsprogramma een kostenbesparing van
€ 30 miljoen opleveren in 2012, waarvan het overgrote deel moet worden opgebracht door onze Bakery Suppliesdivisies.
• Bakery Supplies North America
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x $ miljoen 2011 2010
579,1 574,2 Netto-omzet 2.263,8 2.077,3
32,4 44,6 EBITA exclusief eenmalige kosten* 132,0 163,6
28,1 34,6 EBITA 118,4 135,2
5,6% 7,8% EBITA-marge (exclusief eenmalige kosten)** 5,8% 7,9%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 9,7% 12,7%
*) De eenmalige kosten betreffen acquisitie-, integratie- en herstructureringskosten
**) EBITA als % van de netto-omzet
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
428,9 423,5 Netto-omzet 1.627,6 1.567,1
24,1 32,9 EBITA exclusief eenmalige kosten* 94,9 123,4
20,9 25,5 EBITA 85,1 102,0
5,6% 7,8% EBITA-marge (exclusief eenmalige kosten)** 5,8% 7,9%
ROCE in % (exclusief eenmalige kosten) 9,7% 12,7%
*) De eenmalige kosten betreffen acquisitie-, integratie- en herstructureringskosten
**) EBITA als % van de netto-omzet

De omzet nam met US$ 186,5 miljoen (9,0%) toe tot US$ 2.263,8 miljoen in 2011, voornamelijk als gevolg van
onze prijsverhogingen (10,4%). Het heel 2011 geconsolideerde Best Brands, dat 19 maart 2010 werd
overgenomen, droeg US$ 114,7 miljoen (5,3%) bij aan onze omzet. De omzetstijging werd voor een groot deel
tenietgedaan door een daling van het omzetvolume met 7,1%. Deze daling van het volume is voornamelijk het
gevolg van lagere consumentenbestedingen als reactie op de moeilijke economische omstandigheden.
In het vierde kwartaal nam de omzet licht toe tot US$ 579,1 miljoen. De autonome omzetgroei was 1,1% als
gevolg van een positief prijs/mix-effect van 10,8%, dat grotendeels teniet werd gedaan door een negatief volumeeffect van 9,7%.
De marges werden negatief beïnvloed, aangezien de verkoopprijzen nog geen volledige compensatie boden voor
de gestegen grondstofkosten. Bovendien hadden de lagere omzetvolumes ook effect op de absorptie van vaste
kosten. In de tweede helft van 2011 rondden we de sluiting van twee fabrieken af, waaronder een voormalige
faciliteit van Best Brands, enerzijds ter realisatie van de verwachte synergie na integratie van Best Brands en
anderzijds als maatregel in het kader van ons ondernemingsbrede kostenbesparingsprogramma om de
winstgevendheid te herstellen. Al met al leidden de herstructureringsmaatregelen bij Bakery Supplies North
America tot een personeelsreductie van in totaal 330.
Als gevolg daarvan daalde de EBITA vóór eenmalige kosten tot US$ 132,0 miljoen (2010: US$ 163,6 miljoen) in
2011, of als percentage van de omzet tot 5,8% (2010: 7,9%). De EBITA vóór eenmalige kosten in het vierde
kwartaal daalde tot US$ 32,4 miljoen tegenover US$ 44,6 miljoen in hetzelfde kwartaal van 2010.
Het geïnvesteerd vermogen werd beïnvloed door de gestegen grondstofkosten, tot uitdrukking komend in de
voorraad en indirect in debiteuren als gevolg van gestegen verkoopprijzen. Er is een grote inspanning geleverd om
het werkkapitaal te verlagen en de investeringen in vaste activa te beperken, hetgeen resulteerde in een verlaging
met US$ 38,4 miljoen tot een totaal van US$ 1.313,7 miljoen. Onze gemiddelde cashconversiecyclus
(werkkapitaal) bleef redelijk stabiel en kwam uit op 30,2 dagen tegenover 29,8 dagen in 2010; dit wijst op
onverminderde cashdiscipline binnen onze organisatie ondanks de opwaartse druk als gevolg van gestegen
grondstofkosten en hogere verkoopprijzen. De investeringen bedroegen US$ 29,2 miljoen, US$ 4,0 miljoen minder
dan de afschrijvingen. In 2011 hebben geen grote investeringen plaatsgevonden. Hoofdzakelijk als gevolg van de
lagere EBITA kwam de ROCE vóór eenmalige kosten uit op 9,7% tegenover 12,7% in 2010.
• Bakery Supplies Europe
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
274,2 270,3 Netto-omzet 1.077,8 1.022,6
12,8 15,6 EBITA exclusief eenmalige kosten* 38,4 61,8
10,2 15,6 EBITA 35,8 61,8
4,7% 5,8% EBITA-marge (exclusief eenmalige kosten)** 3,6% 6,0%
ROCE (in %) 4,6% 7,4%
*) De eenmalige kosten betreffen herstructureringskosten
**) EBITA als % van de netto-omzet
Bakery Supplies Europe zag zich geconfronteerd met dezelfde moeilijke omstandigheden als Bakery Supplies
North America, maar bovendien was het vooral de groeiende onzekerheid in de euro zone en de gevolgen
daarvan voor de consument, die de daling van het omzetvolume deden versnellen in 2011. De jaaromzet nam toe
met € 55,2 miljoen dankzij de positieve invloed van gemiddeld 7,0% hogere verkoopprijzen, maar dit werd
grotendeels tenietgedaan door 2,6% lagere omzetvolumes. Deze volumedaling is voornamelijk toe te schrijven
aan lagere verkopen in het ambachtelijke kanaal en het industriële kanaal. In de kanalen In-Store en Out-of-Home
zagen we een kleine stijging. Onze marges krompen verder door gestegen grondstofkosten die niet volledig
werden gecompenseerd door hogere verkoopprijzen en herformuleringen van producten.

In het vierde kwartaal nam de omzet licht met 1,4% toe tot € 274,2 miljoen. De autonome groei was 0,3% als
gevolg van prijsverhogingen (7,3%), die echter grotendeels teniet werden gedaan door een negatief volume-effect
van 7,0%.
Als reactie op deze kleinere marges hebben we waar mogelijk onze kosten verlaagd, maar dit kon niet
verhinderen dat de EBITA vóór eenmalige kosten uitkwam op € 38,4 miljoen in 2011, een substantiële daling
vergeleken met de € 61,8 miljoen in 2010. De EBITA als percentage van de omzet daalde van 6,0% in 2010 naar
3,6%. Verdere kostenbesparingen zullen in belangrijke mate bijdragen tot verbetering van onze operationele
resultaten.
De EBITA vóór eenmalige kosten in het vierde kwartaal gaf een daling met 17,9% te zien tot € 12,8 miljoen. Dit
was het gevolg van gestegen grondstofkosten die niet volledig werden gecompenseerd door prijsverhogingen, en
lagere volumes.
In 2011 hebben we een correctie toegepast op de boekwaarde van onze activa. De Europese bakkerijactiviteiten
stonden in de boeken voor een bedrag van € 695 miljoen, waarvan het grootste deel (€ 517 miljoen) goodwill
betrof. Deze goodwill heeft voornamelijk betrekking op de bakkerijactiviteiten die in 2000 waren overgenomen. De
voor deze activiteiten betaalde goodwill was grotendeels gebaseerd op de zeer winstgevende ingrediëntenpositie
in het ambachtelijke en het industriële kanaal. De Bakery Supplies-activiteiten hebben in de afgelopen jaren
substantiële kasstromen opgeleverd. Echter, door structurele veranderingen in de markt, waaronder de
verschuiving van het ambachtelijke kanaal naar de kanalen in-store bakkerijen en out-of-home, is de
cashgenererende capaciteit van deze activiteiten zodanig afgenomen dat een bijzondere waardevermindering van
de boekwaarde noodzakelijk was. Dit leidde tot een last van € 249 miljoen.
We slaagden erin het werkkapitaal per einde jaar te verlagen tot € 58,1 miljoen (2010: € 59,3 miljoen). De
positieve impact van lagere voorraadvolumes en strikte cashbeheersing compenseerde ruimschoots het effect van
hogere grondstof- en verkoopprijzen. Onze gemiddelde cashconversiecyclus kwam uit op 31,1 dagen tegenover
24,7 dagen in 2010; dit weerspiegelt de forse stijging in de loop van het jaar als gevolg van de grondstof- en
verkoopprijzen. De investeringen in vaste activa bedroegen per saldo € 18,9 miljoen en kwamen daarmee onder
het niveau van de afschrijvingen (€ 22,4 miljoen) uit. Met uitzondering van investeringen in IT zijn er geen grote
investeringen gedaan. Onze ROCE vóór eenmalige kosten nam af tot 4,6% in 2011, voornamelijk als gevolg van
de lagere EBITA.

• Purac
De ontwikkeling van de activiteiten van Purac was gemengd. De chemische en farmaceutische markt bleven sterk
presteren, maar de voedingsmarkt stond onder druk door lagere consumentenbestedingen en concurrentie van
alternatieven, met lagere gebruikskosten, voor de eigen conserveringsproducten. Purac boekte voortgang met zijn
bio-plastics activiteiten, maar dit heeft zich nog niet vertaald in omvangrijke commerciële overeenkomsten. Door
zijn mondiale presentie geniet Purac voordeel van de exposure aan sneller groeiende economieën, wat enige
verlichting bood in vergelijking met het recessieklimaat in de Verenigde Staten en Europa.
Volatiliteit grondstofprijzen
Sinds 2007 hebben de grondstoffenmarkten continu volatiliteit gezien met onderliggend een forse opwaartse
trend. Deze ontwikkeling hangt samen met een aantal factoren, waaronder: de nieuw ontstane vraag in
ontwikkelingslanden door toenemende consumentenbestedingen aan voeding, een stijgende vraag van de
biobrandstoffenindustrie, schommelingen in oogsten wereldwijd en toenemende belangstelling van de financiële
markten voor grondstoffen als nieuwe beleggingscategorie. Een slagvaardige respons op veranderingen in
grondstofprijzen is van kritisch belang voor ons bedrijf; de investeringen die we in de afgelopen jaren hebben
gedaan in ons mondiale inkoopteam hebben de effecten van deze kostenstijgingen beslist afgezwakt voor CSM.
Recessieklimaat in Noord-Amerika en Europa
Naast de moeilijke economische omstandigheden in de Verenigde Staten en Europa heeft de financiële crisis
bijgedragen tot een verergering van de economische malaise. Dit had een negatieve uitwerking op het
consumentenvertrouwen in deze landen.
Dankzij de wereldwijde presentie van Purac konden wij profiteren van de groei in de Aziatische en ZuidAmerikaanse markten.
Voortgang bio-plastics strategie
In 2011 zijn we voortgegaan op het strategische pad van bio-plastics, hoewel we moeten erkennen dat het tijd
vergt om onze propositie te commercialiseren gezien de schaal van de geboden technologische vooruitgang en de
tijd die potentiële klanten nodig hebben om capaciteit voor toepassingen te ontwikkelen.
De bouw van onze nieuwe lactidefabriek in Thailand is met succes voltooid en sinds begin 2012 worden de eerste
producten aan klanten geleverd. Op basis van de huidige verwachtingen zal de capaciteitsbenutting van deze
fabriek gedurende 2012 verder toenemen, maar niet op een niveau dat op zeer korte termijn een passend
rendement kan worden verwacht.
We zien nog steeds duidelijke signalen dat de markt zich ontwikkelt, getuige bijvoorbeeld het aangekondigde
commitment van verschillende toonaangevende mondiale merken die zich hebben uitgesproken voor groen
verpakkingsmateriaal. Ook in 2011 hebben we onze organisatie verder uitgebreid ter ondersteuning van de groei
van bio-plastics, een proces dat in 2010 is begonnen. We zijn ervan overtuigd dat we over de organisatie, de
capaciteit en de producten beschikken om commercieel succes te boeken in 2012 en volgende jaren, maar de
voortgang en timing van investeringen door onze klanten hebben we niet volledig in de hand. We blijven ook
substantiële resources toewijzen aan de volgende generatie plastics op basis van lactiden, die niet langer
voedingsproducten als grondstof zullen gebruiken maar op basis van biomassa, zoals afvalresten, zullen worden
geproduceerd.

Purac
Vierde kwartaal Jaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
99,4 96,8 Netto-omzet 407,2 400,4
11,0 12,0 EBITA exclusief eenmalige kosten* 46,1 56,6
7,9 12,0 EBITA 41,9 56,6
11,1% 12,4% EBITA-marge 11,3% 14,1%
ROCE (in%) 13,3% 18,8%
De omzet van Purac nam van € 400,4 miljoen toe tot € 407,2 miljoen in 2011, als gevolg van een combinatie van
hogere verkopen in de segmenten Chemicals en Pharma en lagere verkopen in het segment Food. De segmenten
Chemicals en Pharma profiteerden van de aanhoudend toenemende vraag naar meer natuurlijke producten ter
vervanging van producten op oliebasis. De sterke presentie van deze segmenten in Azië en Latijns Amerika droeg
eveneens bij aan de goede prestaties.
In ons segment Food zagen we ons geconfronteerd met lagere volumes en druk op de gemiddelde prijzen als
gevolg van concurrentie van chemisch afgeleide conserveringsproducten met lagere gebruikskosten in de
Verenigde Staten. Tot voor kort waren deze producten wettelijk niet toegestaan in de Amerikaanse markt. We
hebben hierop gereageerd met uitbreiding van ons assortiment conserveringsproducten zodat we alle segmenten
van de markt kunnen bedienen, van het segment waar lage gebruikskosten voorop staan (voor dit segment
hebben we een nieuwe productlijn geïntroduceerd) tot het premium segment dat voor 100% natuurlijk en clean
labels gaat.
In het vierde kwartaal nam de omzet van Purac toe met 2,7% tot € 99,4 miljoen, voornamelijk als gevolg van
prijsverhogingen en volumegroei bij Chemicals en Pharma, maar dit werd deels tenietgedaan door een
volumedaling bij Food. De autonome omzetgroei kwam uit op 2,3% door een combinatie van een positief
prijs/mix-effect van 4,1% en lagere omzetvolumes (-1,8%).
Onze marges kwamen onder druk te staan door stijgende grondstofkosten, die op korte termijn niet volledig
konden worden gecompenseerd door veranderingen in prijs en productmix. Het resultaat van Purac werd verder
beïnvloed door gestegen kosten ten bedrage van circa € 2,4 miljoen voor uitbreiding van de organisatie met het
oog op de ontwikkeling en marketing van bio-plastics. Als gevolg daarvan daalde de EBITA vóór eenmalige kosten
met € 10,5 miljoen tot € 46,1 miljoen (2010: € 56,6 miljoen), en als percentage van de omzet tot 11,3% (2010:
14,1%).
De EBITA vóór eenmalige kosten in het vierde kwartaal daalde met € 1,0 miljoen tot € 11,0 miljoen, voornamelijk
als gevolg van investeringen ter versterking van de organisatie om toekomstige groei te faciliteren, en
hogere grondstofprijzen die op korte termijn niet volledig konden worden gecompenseerd.
Het geïnvesteerd vermogen per einde jaar nam van € 332,9 miljoen toe tot € 342,2 miljoen. De investeringen
vielen € 12,8 miljoen hoger uit dan de afschrijvingen (€ 25,5 miljoen). Van de totale investeringen ten bedrage van
€ 38,3 miljoen had € 18,6 miljoen betrekking op de nieuwe lactidefabriek in Thailand. Het werkkapitaal nam met
€ 11,7 miljoen toe tot € 78,2 miljoen, hoofdzakelijk als gevolg van gestegen grondstofkosten. Onze gemiddelde
cashconversiecyclus kwam uit op 83,7 dagen tegenover 70,9 dagen in 2010, wat voornamelijk toe te schrijven is
aan hogere voorraden en lagere crediteuren gedurende het jaar. De ROCE vóór eenmalige kosten daalde van 18,8% in 2010 naar 13,3% in 2011.

2. Key figures
millions of euros 2011 2010
Income Statement:
Net sales 3,112.6 2,990.1
EBITA excluding one-off costs 150.8 215.2
EBITA 130.2 193.8
Operating result -149.5 158.1
EBITDA excluding one-off costs 222.8 286.8
Result after taxes -174.3 99.3
Balance sheet:
Non-current assets 1,558.9 1,791.1
Current assets excluding cash and cash equivalents 740.4 717.5
Non-interest-bearing current liabilities 478.5 483.1
Net debt position
1
615.6 631.0
Provisions 256.9 277.3
Equity 948.3 1,117.2
Key data per common share
Number of issued common shares 67,658,699 65,998,134
Number of common shares with dividend rights 67,580,372 65,873,803
Weighted average number of outstanding common shares* 67,557,754 67,515,917
Price as at 31 December 12.08 26.19
Highest price in calendar year 26.88 26.27
Lowest price in calendar year 9.25 18.55
Market capitalization as at 31 December 816 1,725
Earnings in euros
2
* -2.64 1.41
Diluted earnings in euros
2
* -2.64 1.40
Cash flow from operating activities per common share, in euros
2 *
2.13 2.73
Other key data
Cash flow from operating activities 148.0 188.6
Depreciation/amortization fixed assets 102.7 107.3
Capital expenditure on (in)tangible fixed assets 91.7 83.2
Number of employees at closing date 9,843 9,664
Number of issued cumulative preference shares 2,983,794 2,983,794
Equity per share in euros
3
13.44 16.22
Ratios
EBITA margin %
4
4.2 6.5
Result after taxes / net sales % -5.6 3.3
ROCE %
5
5.9 9.1
Net debt position/EBITDA
6
2.8 2.1
Interest cover
7
7.6 9.7
Balance sheet total : equity 1:0.4 1:0.4
Net debt position : equity 1:1.5 1:1.8
Current assets : current liabilities 1:0.6 1:0.6
*previous year is restated for stock dividend

1 Net debt position comprises interest-bearing debts less cash and cash equivalents.
2 Per common share in euros after deduction of dividend on cumulative preference shares.
3 Equity per share is equity divided by the number of shares with dividend rights.
4 EBITA margin % is EBITA divided by net sales x 100.
5 ROCE % is EBITA for the year divided by the average capital employed x 100. The goodwill
included in capital employed relates to management goodwill, being the goodwill capitalized and
the goodwill charged directly to equity since 1978, the year when CSM started its diversification
6 EBITDA is 'Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization and Impairment of
intangible fixed assets' here including acquisition and divestment results for the full year 2011 and
7 Interest cover is EBITDA as defined in note 6 divided by net interest income and charges.



Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL