CSM: inspelen op uitdagende marktomstandigheden

Alleen voor leden beschikbaar, wordt daarom gratis lid!

Beleggingsadvies 10/08/2011 07:04
Het verhogen van de verkoopprijzen ter compensatie van gestegen kosten bleef het belangrijkste aandachtsrpunt in de eerste helft van 2011. Dit resulteerde in een gemiddelde prijsstijging van 7,4%, als basis van de autonome omzetgroei van 4,3%. De vertraging in het aanpassen van verkoopprijzen om de hogere grondstofkosten te compenseren, gecombineerd met een volumeontwikkeling die
beïnvloed werd door prijsstijgingen alsmede negatieve valuta-effecten, resulteerde in een EBITA van € 80,2 miljoen, in lijn met onze indicatie in de trading update van 5 juli jongstleden.
Hoofdpunten
• De omzet in het eerste halfjaar, bij gelijkblijvende wisselkoersen, nam met 10,6% toe. De autonome omzetgroei van 4,3% was het gevolg van een positief prijseffect van 7,4% dat deels teniet werd gedaan door lagere volumes (-3,1%).
• De omzet in het tweede kwartaal, bij gelijkblijvende wisselkoersen, nam met 5,5% toe als gevolg van een autonome groei van 5,1%, die het resultaat was van enerzijds prijsverhogingen (+8,4%) en anderzijds lagere volumes (-3,3%).
• De EBITA in het eerste halfjaar, exclusief eenmalige kosten, bedroeg € 80,2 miljoen, een daling van 21,8% vergeleken met 2010. Valutaschommelingen hadden een negatieve invloed van € 2,6 miljoen op de EBITA vergeleken met 2010.
• De EBITA exclusief eenmalige kosten kwam in het tweede kwartaal uit op € 36,4 miljoen (Q2 2010: € 55,8 miljoen). Valutaschommelingen hadden een negatieve invloed van € 2,8 miljoen op de EBITA in het tweede kwartaal vergeleken met 2010.
• De nettoschuld per eind juni bedroeg € 696,6 miljoen, een toename met € 65,6 miljoen ten opzichte van 31 december 2010 (30 juni 2010: € 761,5 miljoen).
• CSM ging onverminderd voort met investeringen in strategische initiatieven ter stimulering van de groei in 2011 en volgende jaren.
Kerncijfers
Tweede kwartaal Eerste halfjaar 2011 2010 x € miljoen 2011 2010
765,5 771,7 Netto-omzet 1.525,3 1.415,8
36,4 55,8 EBITA exclusief eenmalige kosten* 80,2 102,5
36,6 51,4 EBITA 74,5 91,9
Resultaat na belasting 29,9 54,2
WPA (in €) 0,41 0,77
4,8% 7,2% EBITA als % (exclusief eenmalige kosten) 5,3% 7,2%
ROCE als % (exclusief eenmalige kosten) 7,3% 9,8%

*) De eenmalige kosten in 2011 betreffen de integratie van Best Brands en de effecten van een brand in Brazilië. De eenmalige kosten in 2010 betreffen de acquisitie en integratie van Best Brands. Er is geen accountantscontrole toegepast op de cijfers in dit persbericht.

Gerard Hoetmer, CEO van CSM, gaf de volgende toelichting op de resultaten van het eerste
halfjaar:
Hoewel het verhogen van de prijzen in de huidige markt uitdagend is, hebben al onze bedrijven significante
prijsverhogingen weten door te voeren – de enige optie om als bedrijf gezond te blijven. We hebben onze
verantwoordelijkheid als marktleider genomen door als eerste stappen te ondernemen. In de markt hebben
we enkele korte termijn verschuivingen in volumes gezien terwijl de markt naar hogere prijsniveaus
migreerde. Dit heeft geleid tot enig volumeverlies bij onze bedrijven, voornamelijk in de VS, wat helaas heeft
geleid tot een lager resultaat in het tweede kwartaal vergeleken met vorig jaar. We hebben nu de
noodzakelijke, additionele prijsmaatregelen afgerond om onze grondstofkosten te compenseren.
Ik wil het jaar in twee delen opsplitsen; in de eerste helft van het jaar lag onze focus op prijsverhogingen,
daarbij oog houdend voor de volumeontwikkeling. In het tweede halfjaar zal onze focus op groei liggen. Dit
zal worden ondersteund door onze innovaties, strategische initiatieven en het feit dat de hele markt naar
hogere prijsniveaus is gemigreerd.
We zien dat de markten voor Bakery Supplies volatiel blijven. In Europa is volumedruk in het ambachtelijke
kanaal gecompenseerd door groei in het kanaal Out-of-home/In-store wat per saldo heeft geresulteerd in
een stabiele volumeontwikkeling. We boekten opnieuw succes met het verder versterken van onze positie in
dit strategisch belangrijke kanaal door het binnenhalen van enkele retailklanten, met name in continentaal
Europa.
In Noord-Amerika hebben we duidelijk het effect gezien van de forse, maar noodzakelijke prijsverhogingen
op de volumeontwikkeling. We zien bemoedigende tekenen van volumeherstel, nu de markt de hogere
prijzen absorbeert.
We gingen ook door op de weg van uitbreiding in nieuwe markten. We hebben geïnvesteerd in onze
organisatie om de groei in de geselecteerde, strategische regio’s te versnellen. In mei is de productiefaciliteit
in China gereed gekomen met het oog op de groei in China, Hongkong en Taiwan. Ook hebben we onze
bedrijven in Turkije en Japan en onze joint venture in Tunesië verder ontwikkeld.
Purac stond voor de uitdaging de prijzen te verhogen en tegelijk de volumes op peil te houden in de
vleesconserveringssector, in een markt die zich enerzijds beweegt in de richting van zo goedkoop mogelijke
oplossingen, met recentelijk tot de markt toegelaten producten op chemische basis in de VS, of anderzijds in
de richting van hoogwaardige, 100% natuurlijke producten. Dit versterkt de trend dat de markt polariseert
naar twee extremen: producten met lage gebruikskosten tegenover het premium segment waarin Purac van
oudsher een sterke positie heeft. Om de continue groei in deze brede range van de voedingsmarkt te
kunnen benutten is Purac doende haar portfolio van conserveringsproducten uit te breiden.
De Chemical & Pharma activiteiten van Purac bleven zich sterk ontwikkelen. Onlangs kondigden we de
volgende fase aan in onze samenwerking met BASF op het gebied van barnsteenzuur. Het partnership met
Indorama ontwikkelt zich goed, waarbij Indorama momenteel testen doet met hoogwaardige PLA op
fabrieksschaal. Om tegemoet te kunnen komen aan verzoeken van klanten, mede-financiert Purac de
nieuwe testfaciliteit die momenteel wordt gebouwd bij Sulzer voor de productie van testmateriaal voor onze
klanten.
Naast de commerciële activiteiten die we hebben ondernomen, blijven we ook zeer alert op kosten. Behalve
strikte kostenbeheersing, bijvoorbeeld door minimalisering van reis- en advieskosten, hebben we een
personeelsstop ingesteld; nieuwe mensen worden alleen aangenomen na goedkeuring op executiveniveau.
Hoewel de huidige turbulentie op de wereldwijde markten uitdagend is, hebben wij het vertrouwen dat wij de
juiste maatregelen nemen en hebben genomen."

Vooruitzichten voor tweede halfjaar 2011
Onze strategische focus blijft gericht op groei van onze Bakery Supplies-activiteiten, benutting van de
groeikansen in de huidige markten van Purac en ontsluiting van het aanzienlijke potentieel van bioplastics.
Onze bedrijven blijven in de tweede helft van 2011 sterk gericht op volumegroei, kostenreductie en het
verwezenlijken van besparingen door integratie van Best Brands.
Dankzij onze prijsverhogingen verwachten we dat onze verkoopprijzen meer en meer in balans zullen
komen met de gestegen grondstofkosten in het tweede halfjaar. Bovendien hebben we de eerste
tekenen van aantrekkende volumes gezien en daarom verwachten we een geleidelijk herstel van de
volumes in de tweede helft van het jaar. Onze concurrentiepositie is sterk gebleven en dankzij onze
positie als marktleider zullen we groeikansen kunnen benutten, ondanks het huidige economische
klimaat.
Het is lastig in te schatten hoe de huidige economische omstandigheden, versterkt door de turbulentie
op de wereldwijde markten, het consumentengedrag beïnvloedt. Op basis van onze huidige kennis, en
gesterkt door alle genomen maatregelen en geplande initiatieven, verwachten we dat de EBITA vóór
eenmalige kosten en bij gelijkblijvende wisselkoersen in het tweede halfjaar min of meer in lijn zal zijn
met die in de tweede helft van vorig jaar.
De rentelast in het tweede halfjaar zal globaal in lijn zijn met de onderliggende gewone rentelast in de
eerste helft van 2011. De belastingdruk zal per einde jaar iets boven 25% uitkomen.
We verwachten dat het werkkapitaal in het tweede halfjaar zal dalen en dat de investeringen per einde
jaar zullen uitkomen op circa € 130 miljoen. Wij continueren ons dividendbeleid dankzij onze gezonde
financiële positie en kasstromen.

Financiële toelichting
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar vergeleken met 2010
Netto-omzet
De netto-omzet nam met € 109,5 miljoen (7,7%) toe tot € 1.525,3 miljoen (eerste halfjaar 2010:
€ 1.415,8 miljoen). De stijging van de netto-omzet was het gevolg van een acquisitie-effect van € 87,9
miljoen (voornamelijk Best Brands) en autonome omzetgroei (effect € 61,6 miljoen). Het valuta-effect
was € 40 miljoen negatief.
Alle divisies wisten hun verkoopprijzen te verhogen. Gemiddeld lagen de prijzen van CSM in het
tweede kwartaal 8,4% hoger dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar.
We namen het voortouw met het doorvoeren van de noodzakelijke, forse prijsverhogingen; dit
gecombineerd met een zwakke consumentenvraag leidde tot lagere volumes bij Bakery Supplies North
America. Bakery Supplies Europe kwam in grote lijnen op hetzelfde niveau uit als vorig jaar; dit was toe
te schrijven aan wijzigingen in de productmix en aan de focus op groei in Out-of-home/In-store, wat de
druk in het ambachtelijke kanaal compenseerde. Purac gaf lichte omzetgroei te zien als gevolg van
hogere verkopen in het chemische en farmaceutische kanaal, terwijl de omzet in het voedingskanaal
lager uitviel.
De autonome groei kan als volgt worden uitgesplitst:
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
Autonoom
Volume Prijs/mix Autonoom
Volume Prijs/mix
BSNA 4,1% -5,7% 9,8% 3,2% -5,3% 8,5%
BSEU 6,9% -0,1% 7,0% 5,8% -0,1% 5,9%
Purac 5,4% 1,1% 4,3% 4,7% -0,1% 4,8%
EBITA
De EBITA exclusief eenmalige kosten daalde in het eerste halfjaar met € 22,3 miljoen vergeleken met
2010, hoofdzakelijk als gevolg van de ongunstige effecten van de gestegen grondstofprijzen. In het
tweede kwartaal stegen de grondstofkosten zelfs nog verder en de trend wijst nu op een toename van
€ 240 miljoen over geheel 2011. We hebben de prijzen verder verhoogd om hiervoor te compenseren ,
maar het was onvermijdelijk dat er een vertragend effect zou optreden in het volledig doorwerken van
deze prijsverhogingen. Daarom zijn we er nog niet in geslaagd om de gestegen grondstofkosten
volledig te compenseren in het eerste halfjaar. Bovendien heeft onze voortrekkersrol op het gebied van
hogere verkoopprijzen tot enig volumeverlies geleid op de korte termijn.
Het translatie-effect van vreemde valuta in Euro op EBITA bedroeg € 2,6 miljoen negatief.
Zoals reeds aangegeven in ons jaarbericht 2010 zijn we zeer alert op onze kosten; niettemin hebben
we opnieuw geïnvesteerd in strategische initiatieven gericht op groei. Kosten zijn toegenomen als
gevolg van extra FTE’s, met name bij Purac, teneinde de organisatie te versterken en onze
lactideactiviteiten en andere nieuwe innovaties, zoals barnsteenzuur, verder te ontwikkelen. Op het
hoofdkantoor hebben we geïnvesteerd in extra FTE’s ter stimulering van onze wereldwijde
programma's op het gebied van verkoop, marketing en duurzaamheid. De bouw van onze lactidefabriek
in Thailand verloopt goed en volgens planning in termen van tijd en budget.
De EBITA in het eerste halfjaar werd beïnvloed door eenmalige kosten in verband met de acquisitie
van Best Brands (voornamelijk herstructureringskosten als gevolg van de geplande sluiting van de
fabrieken Oak Creek en La Mirada in het vierde kwartaal van dit jaar) en kosten in verband met een
brand in onze Braziliaanse productiefaciliteit van Purac. De eenmalige kosten in het tweede kwartaal
zijn inclusief een eerste restitutie van € 1,3 miljoen van de verzekeringsmaatschappij vanwege voornoemde brand.

De amortisatie in het eerste halfjaar nam met € 4,2 miljoen toe tot € 15,6 miljoen, voornamelijk door het
volledige halfjaareffect van de acquisitie van Best Brands.
Balans
Het geïnvesteerd vermogen inclusief goodwill steeg met € 16,6 miljoen tot € 2.184,2 miljoen vergeleken
met 31 december 2010 (€ 2.167,6 miljoen). De belangrijkste mutaties waren (x € miljoen):
• Investeringen in (im-)materiële vaste activa 43,1
• Afschrijving/amortisatie van (im-)materiële vaste
activa
-52,3
• Werkkapitaal 88,9
• Acquisitie Classic Cakes 13,1
• Investering in Tunesische joint venture 7,1
• Overig (voornamelijk valuta-effecten) -83,3
Het werkkapitaal steeg naar € 340,1 miljoen (31 december 2010: € 251,2 miljoen), een toename van €
88,9 miljoen (exclusief valuta-effecten van € 96,7 miljoen). Deze toename houdt voor een groot deel
verband met de gestegen grondstofkosten en seizoenseffecten. De gemiddelde kasconversiecyclus in
de eerste helft van 2011 kwam uit op 38,6 dagen tegenover 36,4 dagen in dezelfde periode vorig jaar.
Het eigen vermogen nam in het eerste halfjaar af met € 32,0 miljoen tot € 1.085,2 miljoen. De
belangrijkste mutaties waren:
• de toevoeging van de nettowinst over het eerste halfjaar van 2011 ten bedrage van € 29,9 miljoen;
• een afname van € 23,2 miljoen als gevolg van uitgekeerd dividend;
• negatieve valuta-effecten in de translatie- en hedgereserve ten bedrage van € 39,1 miljoen.
Kasstroom / financiering
De kasstroom uit operationele activiteiten bedroeg € 17,4 miljoen negatief. Dit is het saldo van de
operationele kasstroom van € 112,1 miljoen vóór mutaties in het werkkapitaal (2010: € 126,7 miljoen)
en benodigde kasmiddelen voor werkkapitaal, belasting en rente en wijzigingen in voorzieningen. Het
werkkapitaal nam toe door hogere voorraadniveaus (€ 17 miljoen), hogere debiteuren (€ 37,5 miljoen)
en lagere crediteuren (€ 42,2 miljoen). De acquisitie van Classic Cakes vereiste een kasstroom van
€ 13,1 miljoen. De investeringen in financiële vaste activa ten bedrage van € 7,6 miljoen betreffen
voornamelijk de deelname aan een Tunesische joint venture. De hogere investeringen ten opzichte van
2010 ten bedrage van € 18,5 miljoen zijn inclusief een bedrag van € 12,8 miljoen voor de bouw van de
nieuwe lactidefabriek in Thailand.
Bijgevolg steeg de nettoschuld met € 65,6 miljoen tot € 696,6 miljoen (ultimo 2010: € 631,0 miljoen). Op
basis van 12 maanden voortschrijdend is de netto schuldpositie 2,6 maal EBITDA (ultimo 2010: 2,1
maal).
Het saldo van de financiële baten en lasten was € 16,6 miljoen negatief. De hogere rentelast ten
bedrage van € 7,8 miljoen vergeleken met de eerste helft van 2010 was voornamelijk toe te schrijven
aan veranderingen in de marktwaarde van derivaten en aan hogere rentepercentages als gevolg van
een verschuiving naar een langere, vaste rente na het afsluiten van een onderhandse US$-lening in het
vierde kwartaal van 2010.
De belastingdruk (€ 12,4 miljoen of 29,3% van de winst voor belasting) werd negatief beïnvloed door
het afwaarderen van belastingvorderingen. Naar verwachting zullen deze vorderingen in het tweede
halfjaar opnieuw worden gewaardeerd als gevolg van een hogere winstgevendheid, hetgeen zal leiden tot een belastingdruk per einde jaar van iets boven 25%.

Gang van zaken divisies
Bakery Supplies – totaal
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2011 2010
x € miljoen
2011 2010
663,7 669,5 Netto-omzet 1.320,5 1.216,6
32,0 48,7 EBITA exclusief eenmalige kosten Best Brands * 70,7 87,6
31,2 44,3 EBITA 66,1 77,0
4,8% 7,3% EBITA (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 5,4% 7,2%
ROCE (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 7,9% 9,9%
*) De eenmalige kosten in verband met de acquisitie van Best Brands betreffen acquisitie- en integratiekosten.
• Bakery Supplies North America
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2011 2010
x US$ miljoen
2011 2010
575,3 547,9 Netto-omzet 1.112,4 962,2
37,0 45,1 EBITA exclusief eenmalige kosten Best Brands * 73,0 76,1
35,8 39,6 EBITA 66,6 62,1
6,4% 8,2% EBITA (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 6,6% 7,9%
ROCE (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 10,6% 12,2%
*) De eenmalige kosten in verband met de acquisitie van Best Brands betreffen acquisitie- en integratiekosten.
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2011 2010
x € miljoen
2011 2010
400,9 425,4 Netto-omzet 793,6 725,2
25,8 34,9 EBITA exclusief eenmalige kosten Best Brands * 52,1 57,4
25,0 30,5 EBITA 47,5 46,8
6,4% 8,2% EBITA (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 6,6% 7,9%
ROCE (in %) (excl. eenmalige kosten Best Brands) 10,7% 12,2%
*) De eenmalige kosten in verband met de acquisitie van Best Brands betreffen acquisitie- en integratiekosten.
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
Bakery Supplies North America boekte een bijna 16% hogere omzet (US$ 150,2 miljoen) in het eerste
halfjaar, waarvan een belangrijk deel (US$ 115,5 miljoen) toe te schrijven is aan de acquisitie van Best
Brands in februari 2010.
De autonome groei van 3,2% in de eerste helft van het jaar was het gevolg van hogere verkoopprijzen
(prijs-/mixeffect 8,5%), deels tenietgedaan door lagere volumes (5,3%). Ondanks de stevige
prijsverhogingen waren we nog niet in staat om de gestegen grondstofkosten volledig te compenseren
in de eerste helft van 2011. We handelden als marktleider en gingen de markt voor in het verhogen van
de prijzen, maar dit leidde tot druk op de volumeontwikkeling op de korte termijn, terwijl de markt zich
aanpaste aan hogere prijsniveaus. Gecombineerd met een over het algemeen zwak
consumentenvertrouwen in de Noord-Amerikaanse markten leidde dit tot een negatieve autonome
volumegroei.
De daling van de EBITA met US$ 3,1 miljoen in de eerste helft van het jaar (US$ 8,1 miljoen in het
tweede kwartaal) is toe te schrijven aan lagere volumes, de gestegen grondstofprijzen en als gevolg daarvan de lagere marges. Bovendien werd het resultaat beïnvloed door hogere brandstof- en
energieprijzen. De acquisitie van Best Brands heeft het eerste halfjaar positief beïnvloed.
De synergie en integratiekosten samenhangend met de integratie van Best Brands ontwikkelen zich in
overeenstemming met onze planning. De voorbereidingen om twee fabrieken te sluiten in het vierde
kwartaal liggen op schema. De integratiekosten beliepen US$ 6,4 miljoen in het eerste halfjaar, waarbij
we aanvankelijk verwachtten dat deze kosten zouden uitkomen op US$ 15 miljoen over het gehele jaar.
Nu verwachten we echter dat de integratiekosten over geheel 2011 lager zullen uitkomen dan
oorspronkelijk aangegeven.
Het werkkapitaal in de VS was US$ 35,7 miljoen hoger dan eind 2010. De gestegen grondstofkosten
en de daarmee samenhangende prijsverhogingen waren de belangrijkste oorzaken van het hogere
werkkapitaal.
De investeringen in het eerste halfjaar bedroegen US$ 13,9 miljoen (2010: US$ 10,1 miljoen)
tegenover afschrijvingen ten bedrage van US$ 17,5 miljoen (2010: US$ 16,2 miljoen). De investeringen
betreffen hoofdzakelijk fabrieksoptimalisatie en IT.
• Bakery Supplies Europe
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2011 2010
x € miljoen
2011 2010
262,8 244,1 Netto-omzet 526,9 491,4
6,2 13,8 EBITA 18,6 30,2
2,4% 5,7% EBITA (in %) 3,5% 6,1%
ROCE (in %) 4,5% 7,2%
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
De omzet in de eerste helft van 2011 kwam uit op € 526,9 miljoen, 7,2% hoger dan vorig jaar als gevolg
van een autonome groei van 5,8%, die toe te schrijven was aan een positief prijseffect van 5,9% en
een valutabijdrage van 0,3% (voornamelijk het Britse pond sterling). De volumeontwikkeling was
nagenoeg stabiel; groei in Out-of-home/In-store kanaal compenseerde per saldo de lagere volumes in
het ambachtelijke kanaal. Dit blijkt ook uit de verschuiving in de productmix die het gevolg is van de
groei bij diepvriesproducten. Deze ontwikkeling weerspiegelt onze strategie die is gericht op verdere
versterking van onze positie in deze strategisch aantrekkelijke kanalen. De acquisitie van Classic
Cakes droeg € 5,4 miljoen bij.
De EBITA in het eerste halfjaar bedroeg € 18,6 miljoen (een daling van € 11,6 miljoen vergeleken met
2010). Deze daling was voornamelijk het gevolg van het vertragingseffect dat optrad bij het doorvoeren
van hogere verkoopprijzen ter compensatie van de gestegen grondstofkosten.
Onze kosten stegen in vergelijking met het eerste halfjaar van 2010 als gevolg van lagere dekking van
vaste productiekosten in de voorraden, onze strategische investeringen in opkomende markten en de
inflatie.
Het werkkapitaal in Europa nam met € 46,6 miljoen toe ten opzichte van eind 2010, grotendeels als
gevolg van de gestegen grondstofkosten, de hogere verkoopprijzen en de seizoensgebonden groei in
het eerste halfjaar.
De investeringen in materiële vaste activa ten bedrage van € 7,9 miljoen (2010: € 5,2 miljoen) waren
lager dan de afschrijvingen van € 11,3 miljoen (2010: € 11,1 miljoen). De investeringen betreffen hoofdzakelijk fabrieksoptimalisatie en IT.

Purac
Tweede kwartaal Eerste halfjaar
2011 2010
x € miljoen
2011 2010
101,8 102,2 Netto-omzet 204,8 199,2
12,2 15,4 EBITA vóór eenmalige kosten 24,9 30,2
13,2 15,4 EBITA 23,8 30,2
12,0% 15,1% EBITA vóór eenmalige kosten (in %) 12,2% 15,2%
ROCE (in %) 14,7% 21,1%
Belangrijke ontwikkelingen in eerste halfjaar
Purac gaf een omzetstijging van 2,8% te zien in de eerste helft van 2011. De autonome groei van 4,7%
was nagenoeg volledig het gevolg van hogere prijzen, maar dit werd deels geneutraliseerd door
negatieve valuta-effecten van 1,9% (voornamelijk US dollar).
De volumes waren stabiel als gevolg van groei in het Chemical Pharma kanaal (door de toegenomen
vraag vanuit de agrochemische, diervoeder- en elektronicasector), die evenwel teniet werd gedaan
door een uitdagende markt in het Food kanaal. Purac stond voor de uitdaging de prijzen te verhogen en
tegelijk de volumes op peil te houden in de vleesconserveringssector, terwijl de markt enerzijds beweegt
naar zo goedkoop mogelijke oplossingen, met recentelijk tot de markt toegelaten producten op chemische
basis in de VS, of anderzijds naar hoogwaardige, 100% natuurlijke producten. Dit versterkt de trend dat de
markt polariseert naar twee extremen: producten met lage gebruikskosten tegenover het premium segment
waarin Purac van oudsher een sterke positie heeft. Om de continue groei in dit brede segment van de
voedingsmarkt te kunnen benutten breidde Purac haar portfolio van conserveringsproducten uit.
Over het eerste halfjaar kwam de EBITA van Purac € 5,3 miljoen lager uit dan in dezelfde periode vorig
jaar, voornamelijk als gevolg van gestegen grondstofkosten die niet werden gecompenseerd door
hogere verkoopprijzen, en gestegen kosten als gevolg van een investering in 60 extra FTE’s voor de
ontwikkeling van nieuwe innovaties en in het bijzonder ter ondersteuning van de verkoop van lactide.
De eenmalige kosten in het tweede kwartaal zijn inclusief een eerste restitutie van € 1,3 miljoen van de
verzekeringsmaatschappij. Valuta-effecten, zowel translatie- als transactie-effecten, hadden een
negatieve invloed van € 1,2 miljoen op EBITA.
Het werkkapitaal van Purac nam met € 26,7 miljoen toe ten opzichte van eind 2010. De gestegen
grondstofkosten en de daarmee samenhangende prijsverhogingen zijn een belangrijk element van het
toegenomen werkkapitaal.
De investeringen in materiële vaste activa bedroegen € 21,8 miljoen (2010: € 13,9 miljoen) tegenover
afschrijvingen van € 12,9 miljoen (2010: € 11,9 miljoen). In de investeringen is een bedrag van € 12,8 miljoen inbegrepen voor de nieuwe lactidefabriek in Thailand.

Risico’s
CSM opereert wereldwijd met werkmaatschappijen in diverse markten en jurisdicties. Tijdige
identificatie en effectief beheer van alle significante risico’s die inherent zijn aan de uitvoering van onze
strategie en de verwezenlijking van onze doelen, is van eminent belang. De Raad van Bestuur is
verantwoordelijk voor het ontwerp, de implementatie en de werking van de systemen voor
risicobeheersing en interne controle bij CSM. Onze benadering van risicobeheersing is gericht op het
inbedden van risicobesef en risicobeheersing in alle geledingen van CSM teneinde te waarborgen dat
de juiste risicoafwegingen worden gemaakt.
De risico’s en onze benadering van risicobeheersing, zoals beschreven in ons laatste jaarverslag,
gelden over het algemeen nog steeds voor het tweede halfjaar van 2011. Meer in het bijzonder kunnen
we drie risicocategorieën eruit lichten die onze risicoblootstelling in de rest van het jaar illustreren:
• economische situatie
• grondstoffenprijzen
• valutarisico’s (voornamelijk US dollar).
CSM opereert in twee markten: de markt voor bakkerijproducten en -ingrediënten en – via onze
melkzuurproducten – de markt voor voedselconservering, productverrijking en groene chemie. De
wereldwijde economische situatie is van invloed op onze bakkerijactiviteiten aangezien de vraag naar
onze producten fluctueert met de ontwikkeling van het BNP. De vraag naar melkzuurproducten wordt
beïnvloed omdat bepaalde klanten in meer cyclische markten actief zijn die met de economie mee
bewegen. De marktsituatie is volatieler geworden en hierdoor zijn de mogelijkheden van het
management om met succes op alle veranderingen in te spelen, onder druk gekomen. Uitblijven van
een adequate of tijdige respons zou de financiële situatie van CSM en het toekomstig groeiperspectief
van de onderneming ernstig kunnen schaden. CSM beschikt over goed management en goede
systemen om adequaat in te spelen op fluctuerende marktomstandigheden.
Zoals we in de afgelopen jaren hebben gezien, kunnen plotselinge stijgingen of dalingen van de prijs
van grondstoffen onze verkoopmarges ernstig aantasten. Tekorten aan grondstoffen als gevolg van
extreme vraag of productieonderbrekingen bij toeleveranciers kunnen ons resultaat eveneens
beïnvloeden omdat de verkopen dalen en extra kosten moeten worden gemaakt om alsnog te voldoen
aan onze behoefte aan grondstoffen. Onze inkoopafdelingen, die per continent zijn gecentraliseerd,
hebben adequate procedures ontwikkeld voor het veiligstellen van orderposities teneinde de
blootstelling aan schommelingen in de prijzen van grondstoffen die onze marges negatief zouden
kunnen beïnvloeden, te minimaliseren dan wel te vertragen. Tot deze procedures behoren onder
andere systemen die vroegtijdig waarschuwen voor een mogelijke impact op onze organisatie en onze
klanten.
Aangezien CSM in verschillende landen buiten de eurozone opereert, hebben we te maken met
schommelingen in de wisselkoersen van diverse valuta’s tegenover de euro. In deze context is de
ontwikkeling van de US dollar verreweg het belangrijkst. De impact daarvan is zichtbaar in de translatie
van de resultaten en het eigen vermogen van buitenlandse entiteiten naar de euro, alsook in de
resultaten van transacties waarbij de valuta van de productiekosten verschilt van die waarin de verkoop
van het product plaatsvindt. CSM past een hedgebeleid toe dat de impact van schommelingen in de
wisselkoersen van valuta’s beperkt. De impact van het valutatranslatierisico wordt deels en indirect
afgedekt door verplichtingen aan te houden in de relevante vreemde valuta’s. Van de totale externe
schuld van CSM luidt een belangrijk deel in US dollars, waardoor het grote translatierisico van CSM tegenover de US dollar deels wordt geneutraliseerd.

Verklaring Raad van Bestuur
De Raad van Bestuur verklaart hierbij dat, naar zijn beste weten, onderhavig verslag over het eerste
halfjaar van 2011 is opgesteld in overeenstemming met IAS 34, Interim Financial Reporting, en een
getrouw en redelijk beeld geeft van de activa, passiva, financiële positie en winst van CSM nv en
geconsolideerde dochterondernemingen opgenomen in de consolidatie als geheel. Voorts geeft dit
halfjaarverslag naar ons beste weten een redelijk beeld van de informatie die vereist is krachtens Artikel 5:25d. sub 8 en 9 van de Wet op het financieel toezicht.
Diemen, 10 augustus 2011
Raad van Bestuur CSM nv

tijd 09.06
De Midcap 475,04 +13,30 +2,88% CSM EUR 17,18 +1.19

CSM EUR 17,22 +1,235 7,73% tijd 11.01



Beperkte weergave !
Leden hebben toegang tot meer informatie! Omdat u nog geen lid bent of niet staat ingelogd, ziet u nu een beperktere pagina. Wordt daarom GRATIS Lid of login met uw wachtwoord


Copyrights © 2000 by XEA.nl all rights reserved
Niets mag zonder toestemming van de redactie worden gekopieerd, linken naar deze pagina is wel toegestaan.


Copyrights © DEBELEGGERSADVISEUR.NL