Het globaal economisch systeem beweegt opnieuw in de richting van een de facto goudstandaard. De centrale banken van de wereld vergroten immers hun goudreserves terwijl ze de vier grote fiatmunten (de dollar, euro, pond sterling en yen) in toenemende mate dumpen, schrijft Ambrose Evans-Pritchard in The Daily Telegraph.
Er wordt relatief weinig over gezegd, maar China en andere opkomende economieën zoeken steeds vaker hun toevlucht in goud. Rusland streeft openlijk een goudproportie van 10 procent van zijn totale reserves na, terwijl de Duitsers n de komende jaren honderden tonnen goud uit het buitenland zullen repatriëren.
Centrale banken voegden in 2012 het meeste goud aan hun reserves toe in bijna een halve eeuw: 536 ton. Dit amper 14 jaar na het Washingtonakkoord, waarbij de jaarlijkse goudverkoop werd beperkt als gevolg van het massale goud dumpen onder toenmalig Brits premier Gordon Brown.
De tijd dat de goudverkoop moest worden ingetoomd is - net als de toenmalige visie van een internationale dubbele fiatstandaard met euro en dollar - al lang voorbij. Noch de euro, noch de dollar boezemen nog veel vertrouwen in. Volgens Evans-Pritchard omdat de euro een dysfunctionele constructie is en de dollar een illusie die rust op een schuldenpiramide.
De gold rush van de centrale banken weerspiegelt het dalend vertrouwen tussen ’s werelds economische grootmachten. Volgens sommige opiniemakers luidt het zelfs het einde in van het rijk van de dollar.
Evans-Pritchard zelf ziet het iets minder radicaal: goud wordt de derde ‘reservemunt’ van de wereld. Het kan niet devalueren en houdt daarmee de andere (fiat-)munten in toom, maar tegelijkertijd worden de nadelen van een echte goudstandaard omzeild.
Dit is trouwens net wat de Verenigde Staten nodig hebben, meent Evans-Pritchard, omdat de dollar dan niet langer de internationale reservemunt is. Hiermee verwijst hij naar de Belgische econoom Robert Triffin die in de jaren 1960 schreef dat het land met de dominerende munt zijn eigen economie moet ondermijnen met begrotingstekorten om het internationaal systeem draaiende te houden.
Een gedeeltelijke goudstandaard lost het ‘Triffindilemma’ op en combineert de voordelen van de verschillende systemen. Evans-Pritchard noemt het een “statief met een gouden poot” dat vooruitzichten biedt op een stabiel(er) financieel systeem.
My business > Economy |