Sir Philip Watts, Voorzitter van het Comité van Directeuren van de Koninklijke/Shell Groep en Chairman van Shell Transport and Trading, en Jeroen van der Veer, Vice-Voorzitter van het Comité van Directeuren van de Koninklijke/Shell Groep en President-Directeur van de Koninklijke lichten de resultaten toe:

“Shell genereerde in 2003 een concurrerend rendement en meer kasstroom dan ooit, waar onze dividendgroei op kan steunen. Onze mensen en onze portfolio hebben wederom zeer goed gepresteerd. Tevens werden in 2003 veel belangrijke mijlpalen bereikt, en tegelijkertijd hebben we nadrukkelijk ingegrepen bij onvoldoende presterende activa. Wij blijven ons volledig inzetten voor aanzienlijke waardecreatie voor onze aandeelhouders over de lange termijn.”

Belangrijkste kenmerken

· De Groep heeft in 2003 een concurrerend resultaat behaald van $ 12,7 miljard en met $ 26 miljard meer kasstroom gegenereerd dan ooit tevoren.

· De resultaten profiteerden van resoluut ingrijpen ten aanzien van onvoldoende presterende activa en activa die niet tot de kernactiviteiten behoren, door kostenverlagingen, portfolio-rationalisatie en afstotingen.

· In 2003 werd uitstekende vooruitgang geboekt bij een reeks belangrijke projecten voor de toekomst: de projecten in Canada, Rusland en Qatar bijvoorbeeld zullen vele jaren aan het resultaat en de kasstroom bijdragen.

“Met betrekking tot de eerder in 2004 bekendgemaakte hercategorisering van reserves, is het van belang te zien dat we het probleem hebben vastgesteld, naar buiten hebben gebracht en actie nemen om het op te lossen. Alhoewel er geen wezenlijk effect is op de koolwaterstofvolumes in de bodem, erkennen en begrijpen wij de zorgen en onrust die de bekendmaking van 9 januari jongsleden in de markt teweegbracht. Wij kunnen nu meer van de feiten bekendmaken die hebben geleid tot de hercategorisering, en vertrouwen erop dat dit beleggers in staat zal stellen het effect op de Groep beter te begrijpen. Wij hebben alle vertrouwen in de stappen die wij nemen om de beheersing van de processen voor boeking van de reserves te versterken, en in ons vermogen om de betreffende volumes op termijn in productie te brengen.”

De belangrijkste kenmerken van het gehele jaar:
· Het nettoresultaat van $ 12,7 miljard in 2003 was 35% hoger dan in 2002.

· Het nettoresultaat van de Groep op basis van geschatte actuele kosten (nettoresultaat op basis van geschatte actuele aankoopkosten van de verkopen) over het gehele jaar was een record van $ 13,0 miljard en 46% hoger dan een jaar geleden.

· Er zijn slotdividenden voorgesteld van € 1,02 per aandeel Koninklijke en 9,65 pence per aandeel Shell Transport, die daarmee meer gestegen zijn dan de inflatie. In dollars per aandeel, tegen huidige wisselkoersen, is de stijging ruim 10% en over de afgelopen 3 jaar zelfs 28%.

· De door bedrijfsactiviteiten gegenereerde kasstroom was met $ 21,9 miljard een record, daarbij kwam nog een bedrag van $ 4,5 miljard uit opbrengst uit afstotingen.

· De doelstelling voor 2003 om de onderliggende kosten per eenheid met 3% en andere kosten te verlagen, werd behaald. De gerealiseerde besparingen vóór belastingen van $ 560 miljoen voor alle activiteiten tezamen overtroffen de doelstelling van $ 500 miljoen. Over de afgelopen twee jaar bedroegen de totale besparingen op deze basis meer dan $ 1 miljard.

· De synergievoordelen uit de overname in 2002 van Enterprise Oil in het Verenigd Koninkrijk, DEA Oil (DEA) in Duitsland en van de belangen van Texaco in Equilon en Motiva in de Verenigde Staten en Pennzoil-Quaker State (PQS) bedroegen in 2003 ruim $ 1 miljard vóór belastingen. Er zijn meer synergieën gerealiseerd, en eerder dan verwacht.

· De investeringen en exploratiekosten bedroegen in 2003 in totaal $ 14,3 miljard, inclusief $ 0,8 miljard van partners met een minderheidsbelang in Sakhalin II. Circa driekwart van het totale bedrag werd overeenkomstig het aangekondigde beleid geïnvesteerd in upstream-activiteiten.

· Over het gehele jaar was het rendement van de Groep op het gemiddeld geïnvesteerd vermogen met het nettoresultaat als grondslag 16%, 2 procentpunt hoger dan in 2002.

· Het management blijft zich richten op zowel afstotingen als op onvoldoende presterende activa in de wereldwijde portfolio. Dit heeft gedurende het jaar geleid tot een aantal lasten. De met deze portfolioaanpassingen gepaard gaande lasten werden gecompenseerd door een nettowinst uit afstotingen van $ 2,0 miljard.

· Er werden in 2003 belangrijke strategische mijlpalen bereikt, waaronder: eerste productie uit oliezanden in Canada, offshore Nigeria en in diep water bij Brazilië; een vergroot belang in het enorme Kashagan-veld in Kazachstan; de goedkeuring voor het geïntegreerde olie- en gasproject Sakhalin van $ 10 miljard; een overeenkomst voor het baanbrekende project in Qatar voor de vervaardiging van vloeibare producten uit gas; toegang tot gasexploratie in Saoedi-Arabië; en voortgaande uitbreiding van de wereldwijde LNG-portfolio. Al deze factoren droegen bij tot langetermijngroeiperspectieven voor de toekomst.