Zaandam, 21 mei 2014 - Ahold kondigt vandaag aan een term sheet te hebben getekend waarin zij op hoofdlijnen overeen is gekomen om een class action te schikken die aanhangig is bij de United States District Court voor het District Connecticut en betrekking heeft op beprijzingsmethoden van haar voormalige dochter U.S. Foodservice uit de periode 1998-2005.

In de term sheet die eerder vandaag is getekend, is Ahold overeengekomen om een betaling te doen aan een schikkingsfonds van $ 297 miljoen, in ruil waarvoor alle deelnemende class members afstand doen van al hun vorderingen met betrekking tot deze beprijzingsmethoden.

Ahold heeft U.S. Foodservice in juli 2007 gevrijwaard voor schade die voortkomt uit deze class action. Ahold deed dat als onderdeel van haar verkoop van U.S. Foodservice aan een consortium van Clayton, Dubilier & Rice and Kohlberg, Kravis Roberts & Co voor een koopprijs van $ 7,1 miljard. De class action is in Ahold's jaarverslagen beschreven als de "Waterbury litigation".

De class omvat iedere persoon in de Verenigde Staten die producten heeft gekocht van U.S. Foodservice op grond van een afspraak waarin de verkoopprijs is gedefinieerd in termen van een kosten component plus een opslag en waarvoor U.S. Foodservice een zogenaamde "Value Added Service Provider" transactie heeft gebruikt om de kosten component te berekenen.

De schikking is gesloten onder voorwaarde van goedkeuring door de United States District Court voor het District Connecticut, die de goedkeuring naar verwachting zal behandelen eind 2014 of begin 2015. De schikking is onderhevig aan mogelijke vermindering en/of beëindiging op basis van het volume van verkopen die voor compensatie in aanmerking komen aan class members die verkiezen om niet gebonden te zijn aan de schikking. Nadat de schikking onvoorwaardelijk is geworden zal deze potentiële aansprakelijkheid van Ahold daarmee definitief zijn weggenomen.

Ahold zal een voorziening nemen ter grootte van € 215 miljoen in Q1 van 2014. Ahold zal de betaling aan het schikkingsfonds voldoen uit haar beschikbare kasmiddelen en verwacht deze betaling te zullen doen aan het eind van 2014 of het begin van 2015.

In reactie op de schikking laat Lodewijk Hijmans van den Bergh, lid van de Management Board en Chief Corporate Governance Counsel van Ahold, weten: "Wij zijn tevreden dat we deze schikking hebben bereikt nu deze een rechtszaak uit het verleden oplost die sinds 2006 aanhangig was en betrekking heeft op onze voormalige dochtervennootschap U.S. Foodservice. Met deze schikking voorkomen wij de voorzetting van een langdurige, tijdrovende en kostbare rechtszaak. Daarmee kunnen wij onze middelen en aandacht volledig concentreren op onze huidige bedrijfsactiviteiten."

tijd 09.57
Het aandeel levert in op EUR 13,95 -17ct vol. 721.000